koeLvLoeiSToF
Het is aanbevolen om antivries/zomer koelvloeistof met
de motor te gebruiken. Dit kan voorgemengd zijn of
geconcentreerd worden gekocht en vervolgens gemengd
met 50% gedemineraliseerd water. Zie de handleiding van
de motor voor meer informatie.
WaarSCHuWing
Bij het toevoegen van koelvloeistof/antivries
mengsel in de radiator, de dop van de radiator
nieT verwijderen voordat de eenheid volledig
is afgekoeld. De kans bestaat dat er warme
koelvloeistof ontsnapt en ernsige brandwonden veroorzaakt.
Het dagelijks bijvullen van de koelvloeistof gebeurt via het
expansievat. Wanneer koelvloeistof via de radiator wordt
bijgevuld, de dop van de radiator NIET verwijderen voordat de
eenheid volledig is afgekoeld. Zie tabel 5 voor de koelvloeistof
capaciteiten van de motor en de radiator. Zorg ervoor dat het
niveau van de koelvloeistof in het expansievat, zich steeds
tussen de "H" en "L" markeringen bevindt.
Tabel 5. inhoud koelvloeistof
Motortype
Perkins 103-10
Lombardini LDW 1003
Deutz F3M1008F
gebruik biJ vrieSWeer
Wanneer u in vriesweer werkt, zorg ervoor dat de gepaste
hoeveelheid antivries (Tabel 6) werd toegevoegd.
Tabel 6. antivries werkingstemperaturen
Vriespunt
Vol (%)
Antivries
°C
40
-24
50
-37
OPGELET
Wanneer antivries met water wordt gemengd, moet de
antivries mengverhouding kleiner zijn dan 50%.
pagina 22 — LT12Dab LiCHTMaST • gebruikerSHanDLeiDing — rev. #0 (06/03/11)
inhoud koelvloeistof
4,7 liter (5 qt.)
4,9 liter (5,18 qt.)
4,9 liter (5,18 qt.)
Kookpunt
°F
°C
°F
-12
106
222
-34
108
226
raDiaTor reinigen
De motor kan oververhitten wanneer de lamellen van
de radiator overbelast geraken met stof of afval. Reinig
periodiek de lamellen van de radiator met perslucht. De
machine aan de binnenkant reinigen is gevaarlijk, reinig dit
dus alleen met niet draaiende motor en met de negatieve
pool van de batterij losgekoppelt.
LuCHTFiLTer
Periodieke reiniging/vervanging van de luchtfilter is
noodzakelijk. Voer de inspecties uit volgens de handleiding
van de motor.
venTiLaTor aanDriJFrieM Spanning
Een slappe aandrijfriem kan leiden tot oververhitting
of onvoldoende opladen van de batterij. Controleer de
ventilator aandrijfriem op beschadigingen en slijtage en
stel deze volgens de handleiding van de motor in.
De spanning van de ventilator aandrijfriem is correct
wanneer de riem 10 tot 15 mm doorbuigt wanneer er met
de duim wordt opgedrukt zoals getoond inafbeelding 9.
Afbeelding 9. Ventilator aandrijfriem spanning
WaarSCHuWing
Plaats nooit uw handen in de nabijheid
van riemen of ventilatoren wanneer de
motor draait.
WaarSCHuWing
De uitlaatgassen bevatten toxische gassen.
aLTiJD de uitlaatgassen wegventileren
wanneer men in tunnels, uitgravingen of
gebouwen werkt. De uitlaat steeds van het
nabije personeel wegrichten.
Verzeker u van het volgende alvorens de motor te starten:
De elektrische belasting is losgekoppelt en de
hoofdonderbreker en alle (4) stroomonderbrekers van
de lampen staan in de UIT positie.
inspeCTie