4.15. VERVANGING VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Indien de afstandsbediening wordt vervangen door een nieuwe, moet
de nieuwe afstandsbediening worden herkend door de kachel. Dit
gebeurt als volgt:
sluit de kachel op het stopcontact aan en schakel de
voedingsschakelaar in
controleer of kiezer D van het noodpaneel op stand REMOTE
staat
als het eerste opschrift op het display van het noodpaneel
verschijnt, drukt u met behulp van een puntig voorwerp
(tandenstoker..) op de onzichtbaar weggewerkte knop G
op het display van het paneel verschijnen 3 knipperende
streepjes
"---".
afstandsbediening voor de leerfase.
De drie knipperende streepjes verdwijnen van het display en de kachel
leert het nieuwe communicatieadres van de afstandsbediening kennen.
Het afronden van de leerfase wordt ook bevestigd door 4 pieptonen.
4.16. VEILIGHEIDSINRICHTINGEN
De kachel is uitgerust met volgende veiligheidsinrichtingen:
SONDE VOOR DE ROOKGASTEMPERATUUR
Zij meet de temperatuur van de rookgassen en schakelt de kachel
aan of uit als de temperatuur van de rookgassen onder de
geprogrammeerde waarde daalt.
SONDE
VOOR
BRANDSTOFRESERVOIR
Indien
de
temperatuur
veiligheidswaarde onderbreekt deze sonde onmiddellijk de werking
van de kachel. Om de kachel opnieuw te starten zal het nodig zijn de
sonde handmatig opnieuw bedrijfsklaar te maken, maar alleen
wanneer de kachel afgekoeld is.
ELEKTRISCHE VEILIGHEID
De kachel is beveiligd tegen bruuske stroomonderbrekingen door
een algemene stroomverbreker op het controlebord achteraan op
de kachel. De smeltveiligheden van de elektronische kaarten
bevinden zich eveneens achteraan op de kachel.
ONDERBREKING VAN DE ROOKGASVENTILATOR
Wanneer de ventilator tot stilstand komt blokkeert de elektronische
kaart onmiddellijk de pelletbevoorrading en verschijnt er een
alarmboodschap op het display.
ONDERBREKING VAN DE REDUCTIEMOTOR
Wanneer de reductiemotor tot stilstand komt blijft de kachel in
werking totdat hij het minimum niveau van afkoeling heeft bereikt.
TIJDELIJKE AFWEZIGHEID VAN ELEKTRISCHE STROOM
Indien er zich tijdens de werking van de kachel een elektrische
stroomonderbreking voordoet zal de kachel bij het stroomherstel
eerst afkoelen en daarna opnieuw automatisch aanschakelen.
FOUTIEF AANSCHAKELEN VAN DE KACHEL
Indien tijdens de aanschakelfase geen vlam verschijnt gaat de
kachel in de alarmtoestand.
Werking
PELLETKACHELS
HANDLEIDING VOOR DE INSTALLATIE EN HET GEBRUIK
Druk
op
de
on/off
DE
TEMPERATUUR
stijgt
boven
knop
van
de
VAN
HET
de
geprogrammeerde
Technische dienst - Rechten voorbehouden - Reproductie verboden
Hoofdstuk 4
60
page
D
G