Overgaan van de handmatige modus naar de
4.8.1.1.
automatische modus
Om over te gaan van de HANDMATIGE werkingsmodus naar de
AUTOMATISCHE modus is het voldoende toets 4 twee maal snel na
elkaar in te drukken. De afkorting MAN gaat uit en de afkorting AUTO
wordt verlicht; de aanduidingen van het vlamvermogen en het
vlamicoon verdwijnen terwijl de cijfers, nodig voor het programmeren
van de gewenste temperatuur, gaan branden (icoon 8)
Handmatige modus
4.8.2.
Deze werkingsmodus laat alleen toe het verwarmingsvermogen,
verkregen door de selectie van het vlamvermogen, te wijzigen.
Met toets 4 van de afstandsbediening de HANDMATIGE modus
selecteren. Deze wordt aangegeven op het display met de afkorting
MAN en door het vlamsymbool. Deze modus laat toe de 5
warmtevermogens van de kachel te regelen met behulp van toets 5.
Het bovenste gedeelte van toets 5 indrukken om het vermogen te
verhogen en het onderste gedeelte indrukken om het vermogen te
verlagen. Deze wijziging wordt aangeduid door de streepjes boven het
vlamsymbool. Bij het 5de vermogen wordt eveneens de afkorting MAX
afgebeeld boven het vlamsymbool om aan te duiden dat de maximale
prestaties van de kachel bereikt zijn.
In deze werkingsmodus is het vlamsymbool volledig verlicht.
Automatische modus
4.8.3.
Terwijl de HANDMATIGE modus eenvoudigweg toelaat het afgegeven
warmtevermogen te kiezen en deze werking zo te houden, laat de
AUTOMATISCHE
modus
programmeren voor een gegeven ruimte. Met deze werkingsmodus
wijzigt de kachel automatisch het afgegeven warmtevermogen, zodat
de
geprogrammeerde temperatuur wordt gehaald en constant
gehouden in de ruimte.
Toets 4 van de afstandsbediening indrukken om de AUTOMATISCHE
modus te selecteren. Deze wordt aangegeven op het display met de
afkorting AUTO. In deze modus is het met toets 5 slechts mogelijk de
gewenste temperatuur in de ruimte te regelen ...
Het bovenste gedeelte van toets 5 indrukken om de gekozen
temperatuur te verhogen en het onderste gedeelte, om de temperatuur
te verlagen. De gewenste temperatuur wordt aangeduid door de cijfers
van icoon 8.
De afstandsbediening regelt de werking van de kachel door een constante
vergelijking te maken van de temperatuur, gemeten in de ruimte
(aangeduid bovenaan rechts op het display, meer precies de grootste
cijfers naast het symbool van het huis) en de temperatuur,
geprogrammeerd door de gebruiker.
Wanneer de gewenste temperatuur in de ruimte bereikt is, schakelt de
kachel geleidelijk over naar het minimale vermogen, terwijl wanneer de
temperatuur zinkt onder de geprogrammeerde drempel, de kachel
geleidelijk overschakelt naar hogere vermogens om te kunnen verwarmen.
De temperatuur in de ruimte wordt gemeten door de afstandsbediening
door middel van een interne sonde. Bijgevolg zal de kachel altijd
proberen de temperatuur te bereiken op basis van de metingen door de
sonde van de afstandsbediening.
Werking
PELLETKACHELS
HANDLEIDING VOOR DE INSTALLATIE EN HET GEBRUIK
toe
een
bepaalde
temperatuur
te
Technische dienst - Rechten voorbehouden - Reproductie verboden
Hoofdstuk 4
47
page
4
5
MAX
4
5