Pagina 1
Form No. 3329-385 190-DH Gazontractor Modelnr. 74590 – 230000001 en hoger Gebruikershandleiding Vertaling van de oorspronkelijke instructies (NL)
U kunt het modelnummer en het serienummer noteren in de Instructie ruimte hieronder: Lees deze handleiding aandachtig door. Zorg ervoor dat u vertrouwd raakt met de bedieningsorganen en weet hoe u de machine moet gebruiken. Modelnr.: U dient erop toe te zien dat de machine nooit door kinderen wordt bediend of door volwassenen die niet Serienr.: van de instructies op de hoogte zijn.
Pagina 4
Waarschuwing – Brandstof is zeer ontvlambaar. Ga voorzichtig te werk als u lasten sleept of zware werktuigen gebruikt. – Bewaar brandstof uitsluitend in tanks of blikken die speciaal daarvoor bedoeld zijn. – Alleen goedgekeurde trekstangbevestigingspunten gebruiken. – Vul de brandstoftank nooit binnenshuis; tijdens het bijvullen niet roken.
– voor het bijvullen van brandstof; De volgende paragraaf bevat veiligheidsinstructies die – voor verwijdering van de grasvanger; specifiek zijn toegesneden op Toro-producten en niet zijn opgenomen in de CEN-norm. – voordat u de maaihoogte instelt, tenzij die vanaf de bestuurderspositie kan worden ingesteld.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheids- en instructiestickers zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. 104-2853 93-7276 1. Maak de afvoeropening 2. Maak de afvoeropening groter als u lang, nat gras kleiner als u kort, droog 1.
Pagina 10
104-3233 104-3234 1. Choke 5. Druk de knop in om de 1. Snel 5. Koplampen aftakas uit te schakelen. 2. Aan 2. Continu snelheidsregeling 6. Aan 6. Aftakas 3. Uit 3. Langzaam 7. Motor – Starten 4. De knop uittrekken om de 4.
Pagina 11
104-3237 1. Parkeerrem 104-3241 1. Vooruit 4. Langzaam 2. Continu snelheidsregeling 5. Snel 3. Neutraalstand 6. Achteruit 104-3238 1. Startprocedure 6. De parkeerrem vergrendelen. 2. Gebruikershandleiding lezen. 7. Als de motor koud is, de gashendel op Choke 3. Motoroliepeil controleren. zetten.
Benzine en olie Gebruik van stabilizer/conditioner Aanbevolen benzine Gebruik van stabilizer/conditioner in de machine biedt de volgende voordelen: Gebruik loodvrije, normale benzine voor automobielen (octaangetal minimaal 85). U mag ook gelode normale Houdt de benzine vers gedurende een stalling van benzine gebruiken als er geen gewone loodvrije benzine maximaal 90 dagen.
Gebruiksaanwijzing Parkeerrem vrijzetten 1. Trap het rempedaal in (Fig. 2). Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie Opmerking: De parkeerremhendel moet nu vrijkomen. de linker- en rechterzijde van de machine. 2. Laat het rempedaal nu langzaam opkomen. Bedieningsorganen Cruise control Zorg ervoor dat u vertrouwd bent met alle bedienings- organen (Fig.
Bediening van de aftakas Waarschuwingslampje van grasvanger Met de aftakasknop schakelt u de aandrijving naar de maaimessen in of uit. Als de grasvanger vol is en moet worden geledigd, gaat het waarschuwingslampje branden (Fig. 5) en hoort u een zoemer. De maaimessen inschakelen Belangrijk Om te voorkomen dat de afvoertunnel...
Afvoerplaat instellen Motor starten Met het afvoerplaat verandert u de grootte van de 1. Open de brandstofafsluitklep (Fig. 9). Deze bevindt afvoeropening ten behoeve van de werking van de zich tussen de brandstoftank en de motor. Vol-indicator van de grasvanger. 1.
6. Zet de gashendel op Langzaam (Fig. 11). Het veiligheidssysteem gebruiken Voorzichtig Niet-aangesloten of beschadigde interlock- schakelaars kunnen onverwachte gevolgen hebben op de werking van de machine. Dit kan lichamelijk letsel veroorzaken. Laat de interlockschakelaars ongemoeid. Controleer elke dag de werking van de interlockschakelaars en vervang beschadigde schakelaars voordat u de machine weer in gebruik neemt.
Als u de maaimessen moet gebruiken terwijl u achteruit- rijdt, moet u de interlockschakelaar uitzetten met behulp van de KeyChoice-schakelaar die zich naast de beugel van de bestuurdersstoel bevindt (Fig. 12). Figuur 13 1. Lampje werken-in-achteruit 4. Zet de tractor in de achteruit-stand en maak uw werk af. 5.
5. Schakel de aftakas uit en zet het tractiepedaal in de Opmerking: U kunt de tractor uitsluitend laten rijden als neutraalstand. Start de motor, schakel de aftakas in, de aandrijfhendel in de stand In Werking staat. draai het KeyChoice-sleuteltje om en laat dit weer los. 3.
De machine stoppen 1. Laat het tractiepedaal of het pedaal van de achteruit-versnelling opkomen. 2. Schakel de maaimessen (aftakas) uit. Draai het contactsleuteltje op Uit. 3. Als u de machine onbeheerd laat, moet u tevens de parkeerrem in werking stellen; zie Parkeerrem in werking stellen, blz.
Tips voor bediening en gebruik Om de beste resultaten te verkrijgen, moet u de motor op het maximale toerental laten draaien. Om het gras goed af te maaien is lucht nodig; zet de maaihoogte dus niet te laag en zorg dat de maaimachine niet helemaal door ongemaaid gras omgeven is.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Na de eerste 20 Afstelling van drijfriem van maaimessen controleren. bedrijfsuren Oliepeil controleren. Veiligheidssysteem controleren. Maaikast reinigen. Elk gebruik Accuzuur controleren. De bandenspanning controleren. Maaimessen controleren.
Motorolie controleren Oliepeil controleren 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak. Controleer het oliepeil dagelijks of na elk gebruik. 2. Schakel de maaimessen (aftakas) uit. Ververs de motorolie na de eerste 5 bedrijfsuren en daarna om de 50 bedrijfsuren. 3.
Olie verversen Motoroliefilter vervangen 1. Start de motor en laat deze vijf minuten lopen. Vervang het oliefilter om de 100 bedrijfsuren of jaarlijks, waarbij de kortste periode moet worden aangehouden. Opmerking: Warme olie kan beter afgetapt worden. 1. Tap de motorolie af; zie Olie verversen, blz. 23. 2.
Onderhoud van de rem 4. Wanneer de parkeerrem is vrijgezet, moeten de achterwielen vrij draaien als u de tractor duwt. Als dit niet het geval is, moet u de stelmoer van de rem net De rem bevindt zich aan de rechterkant van de achteras, in zover linksom draaien, totdat u de tractor kunt duwen.
Smeerpunten Figuur 23 Smeerschema Item Naam Hoeveelheid Interval (uren) Smeermiddel Voorwielen – Vet in smeernippels pompen Smeervet Stuurkogels Olie Stuurinrichting Smeervet Stuurasmechanisme Smeervet Stuuraslager Olie Stuuraslager Olie Schakelhendel – Vet in smeernippel Smeervet pompen Asnaaf om maaidek op te heffen Olie Kogelverbindingen van bewegende Olie...
Zekering vervangen De elektrische installatie is beveiligd door middel van zekeringen. Deze bevinden zich onder de motorkap, bij de brandstoftank (Fig. 24). Als er een zekering is doorgebrand, moet de bedrading op kortsluiting worden gecontroleerd. 1874 Figuur 25 1. Lamphouder 4.
Onderhoud van de accu Controleer het zuurpeil van de accu voor elk gebruik. Houd de accu altijd schoon en volledig geladen. Gebruik een tissue om de accu en de accubak schoon te maken. Als de accupolen zijn gecorrodeerd, moet u deze schoonmaken met een oplossing van vier delen water en één deel zuiveringszout.
Zuurpeil controleren Accu opladen 1. Klap de zitting naar voren. Hieronder bevindt zich de Waarschuwing accu. 2. Verwijder de vuldoppen. Als het zuurpeil beneden het Bij het opladen produceert de accu gassen die tot lagere deel van de slang staat (Fig. 28), moet u de ontploffing kunnen komen.
Onderhoud van de bougie Bougie controleren 1. Bekijk de binnenkant van de bougie (Fig. 30). Als de Controleer de bougie om de 25 bedrijfsuren. Monteer om isolator lichtbruin of grijs is, werkt de motor naar de 100 bedrijfsuren een nieuwe Champion RC12YC of behoren.
Benzine aftappen uit de 8. Trek de brandstofslang van het brandstoffilter (Fig. 31) en laat de benzine in een jerrycan of opvangbak lopen. brandstoftank Opmerking: Omdat de tank nu toch leeg is, is dit een uitstekend moment om het brandstoffilter te vervangen. De brandstoftank moet worden afgetapt, als u de tractor langer dan 30 dagen niet zult gebruiken.
Onderhoud van het luchtfilter U moet het schuimelement om de 25 bedrijfsuren reinigen en met olie bestrijken. Het papierelement moet u om de 100 bedrijfsuren of jaarlijks vervangen, waarbij de kortste periode moet worden aangehouden. Opmerking: Het luchtfilter moet vaker een onderhouds- beurt krijgen als de machine wordt gebruikt in buiten- gewoon stoffige of zanderige omstandigheden.
Schuim- en papierelement monteren Belangrijk Motor nooit laten lopen zonder dat het complete luchtfilter gemonteerd is, daar anders de motor kan worden beschadigd. 1. Monteer het schuimelement met de mazen aan de bovenkant. Opmerking: De rubberen afdichting moet vlak tegen de bodem van het luchtfilter aan liggen.
De maaimessen slijpen De maaimessen monteren 1. Gebruik een vijl om de snijranden aan beide uiteinden 1. Monteer de messen, de ringen en de mesbouten van elk mes te slijpen (Fig. 36). Houd daarbij de (Fig. 35). oorspronkelijke hoek in stand. Het mes blijft in balans Belangrijk De gebogen randen van de messen moet als u evenveel materiaal weghaalt van beide snijkanten.
Maaidek verwijderen 9. Maak de veer los van de schakelhendel (Fig. 39). 10. Verwijder het maaidek van de tunnel door de tunnel op 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak. te lichten van de twee gelaste pennen en ongeveer 10 cm naar achteren te trekken.
Maaidek monteren Kabelstang voor maaihoogte-instelling afstellen Voer de procedure Maaidek verwijderen in omgekeerde volgorde uit, blz. 34. Controleer de schuinstand van het maaidek om de 100 bedrijfsuren, jaarlijks of telkens wanneer u het maaidek monteert. Alvorens de schuinstand van het maaidek te Drijfriem van maaimessen controleren, moet u ervoor zorgen dat de voor- en afstellen...
De grasvanger een Grasvanger en tunnel reinigen onderhoudsbeurt geven Als de openingen in de grasvanger verstopt raken met vuil of gras of als de Vol-sensor van de grasvanger vuil is, moet Grasvanger verwijderen de grasvanger worden gereinigd. 1. Schakel de maaimessen (aftakas) uit. 1.
Reiniging en opslag van de C. Zet de motor af, laat deze afkoelen, en laat de brand- stoftank leeglopen; zie Benzine aftappen uit de tractor brandstoftank, blz. 30. D. Motor opnieuw starten en laten lopen totdat deze 1. Schakel de maaimessen (aftakas) uit. afslaat.
Storingen, oorzaak en remedie Probleem Mogelijke oorzaken Remedie De startmotor slaat niet aan. 1. De aftakas is ingeschakeld. 1. De aftakas uitschakelen. 2. De parkeerrem is niet in 2. De parkeerrem in werking werking. stellen. 3. De accu is leeg. 3.
Pagina 39
Probleem Mogelijke oorzaken Remedie De motor verliest vermogen. 1. De motor is te zwaar belast. 1. De rijsnelheid verminderen. 2. Het luchtfilter is vuil. 2. Het luchtfilterelement reinigen. 3. Het oliepeil in het carter is te 3. Het carter bijvullen met olie. laag.