8. Naslaginformatie
s
Toegangscodes
U kunt de hier beschreven toegangscodes gebruiken om de telefoon en de SIM-kaart te beveiligen
tegen onbevoegd gebruik.
U kunt de toegangscodes (met uitzondering van de PUK-, PUK2- en toetsblokkeercode) wijzigen met
menu 4-5-6. Zie het volgende gedeelte.
Beveiligingscode (5 cijfers)
U kunt de beveiligingscode gebruiken om onbevoegd gebruik van de telefoon te voorkomen. De
fabrieksinstelling voor de beveiligingscode is 12345. U kunt onbevoegd gebruik van de telefoon
tegengaan door de code in het menu
Instellingen
te wijzigen. Zie Beveiligingsniveau (menu 4-5-5) op
pagina 92 en Toegangscodes wijzigen (menu 4-5-6) op pagina 92. Houd de nieuwe code geheim en
bewaar deze op een veilige plaats uit de buurt van de telefoon.
PIN-code (4 tot 8 cijfers)
De PIN-code (Personal Identification Number) beveiligt de SIM-kaart tegen onbevoegd gebruik. De
PIN-code wordt doorgaans bij de SIM-kaart geleverd. Als de functie voor het vragen van de PIN-code is
ingeschakeld (menu 4-5-1), moet u de code intoetsen telkens wanneer u de telefoon inschakelt.
130
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.