4.3 Kantelhendel
Met de kantelhendel kan een begeleider de rolstoel
gemakkelijker kantelen, zodat bijvoorbeeld een opstapje kan
worden genomen.
WAARSCHUWING!
Risico op kantelen
– Zorg ervoor dat de kantelhendel niet verder
uitsteekt dan de buitendiameter van het
achterwiel.
1. Houd de rolstoel vast bij de duwhandgrepen.
2. Duw de kantelhendel in met uw voet en houd de
rolstoel in de gekantelde positie totdat u het obstakel
hebt genomen.
1671047-B
4.4 Luchtpomp
De luchtpomp is voorzien van een universele
ventielaansluiting.
1. Licht het dopje van de ventielaansluiting.
2. Druk de ventielaansluiting op het geopende ventiel van
het wiel en pomp het wiel op.
4.5 Passieve verlichting
U kunt reflectoren op de achterwielen bevestigen.
4.6 Stokhouder
WAARSCHUWING!
Risico op kantelen
– Zorg ervoor dat de stokhouder niet verder
uitsteekt dan de buitendiameter van het
achterwiel.
1. Plaats de stok in de houder.
2. Bevestig de bovenkant van de stok aan de rugleuning.
Opties
25