6.4 Werking met batterijvoeding/accuvoeding (optioneel)
Deksel van de batterijhouder aan de onderzijde van de weegschaal afnemen. 9 V-
blokbatterij aansluiten.
Deksel van de batterijhouder terug aanbrengen.
Voor de werking met batterijvoeding beschikt de weegschaal over een automatische
uitschakelfunctie, die in het menu (zie hoofdstuk 9) geactiveerd of gedeactiveerd kan
worden.
In de weegmodus toets PRINT ingedrukt houden totdat [Unit] aangegeven
wordt.
Toets MODE herhaaldelijk indrukken totdat „AF" verschijnt.
Met toets SET bevestigen.
Met toets MODE kan er nu uit volgende instellingen een keuze gemaakt
worden:
„AF
on":
„AF
off":
Selectie met toets SET bevestigen. De weegschaal keert terug naar de
weegmodus.
Als de batterijen verbruikt zijn, verschijnt er op het display „LO". Toets „ON/OFF"
indrukken en onmiddellijk batterijen wisselen.
Indien de weegschaal langere tijd niet gebruikt wordt, batterijen uitnemen en
afzonderlijk bewaren. Het uitlopen van batterijvloeistof zou de weegschaal kunnen
beschadigen.
Indien er een optioneel verkrijgbare accu aanwezig is, dient deze in de batterijhouder
door middel van een aparte steekverbinding aangesloten te worden. Nu moet ook de
met de accu bijgeleverde stekkervoedingseenheid gebruikt worden.
6.5 Aansluiting van randapparatuur
Voordat er randapparatuur (printer, PC) op het gegevensinterface aangesloten
wordt, moet de weegschaal onvoorwaardelijk van het stroomnet verbroken te
worden.
Gebruik met uw weegschaal uitsluitend accessoires en randapparatuur van de firma
KERN. Deze zijn optimaal op uw weegschaal afgestemd.
FCB-BA-nl-1614
Om zuinig met de batterij om te gaan, schakelt de weegschaal 3
minuten na beëindigde weging automatisch uit.
Uitschakelfunctie gedeactiveerd.
11