4.
Bediening van het apparaat instruc�es
4.1
Instelinterface en knop beschrijving
4.2
Zet het apparaat aan en uit.
1. Druk op de knop Main om het apparaat AAN te ze�en. Het apparaat gaat in stand-
by. Het scherm toont de stand-by interface van het laatst gebruikte programma.
Bijvoorbeeld:
2. Druk op de knop Main om de motor te starten vanuit de stand-bystand.
Het scherm toont de werkinterface volgens het gebruikte programma. Bijvoorbeeld:
3. Druk nogmaals op de knop Main om de motor te stoppen. Het apparaat gaat terug naar de
stand- bymodus.
4. Om het apparaat uit te schakelen, houdt u de knop "P" ingedrukt en drukt u op de
hoofdknop. In stand-by schakelt het apparaat na 5 minuten automa�sch uit.
4.3
Selecteer Gebruiker Programma's
Het apparaat bevat 10 opgeslagen gebruikersprogramma's (M0-M9) en 7 vooraf ingestelde
FKG bestandssystemen die direct beschikbaar zijn vanuit de stand-by stand.
1. Druk op de aanpassingsknop "+"/"-" om een programma te selecteren vanuit de stand-bystand.
... ←→
XP-endo T.
1000rpm
Shaper
1.0Ncm
XP-endo R.
2500rpm
Shaper
1.0Ncm
2. Raadpleeg hoofdstuk 4.5 om een specifiek FKG-bestandssysteem te selecteren.
XP-endo T.
Shaper
or
M9
CW
←→ ... ←→
XP-endo T.
1000rpm
Finisher
1.0Ncm
←→
XP-endo R.
1000rpm
Finisher R
1.0Ncm
←→
11
R-Motion
1000rpm
All files
1.0Ncm
REC
or
RACE EVO
250rpm
All files
2.0Ncm
←→
XP-endo R.
1000rpm
DR1
1.5Ncm
←→
R-Motion
F: auto
All files
R: auto
REC
←→
F: auto
R: auto
...
1000rpm
1.5Ncm
←→
←→
←→ ...