Aanzetten
Telkens wanneer de toerenteller en de snelheidsmeter wordt aangezet,
wordt er een Zelftest uitgevoerd.
Draai de contactsleutel in de ON stand. U hoeft de motor NIET te starten.
De Zelftest omvat de volgende stappen:
1.) De toerenteller en snelheidsmeter piepen wanneer ze worden aan-
gezet. Op het LCD-scherm van de ICON toerenteller en snelheidsmeter
verschijnt SELF TEST MODE IN OPERATION (zelftestmodus in wer-
king).
2.) Alle meters keren terug naar de nulpositie, de toerenteller en de snel-
heidsmeter piepen.
3.) Alle meters gaan naar de hoogste positie, de toerenteller en de snel-
heidsmeter piepen.
4.) Alle meters gaan naar de actuele waarde, de toerenteller en de snel-
heidsmeter piepen een laatste keer.
5.) Op het LCD-scherm van de ICON toerenteller en snelheidsmeter ver-
schijnt SELFTEST COMPLETE! (zelftest voltooid).
Wanneer de Zelftest voltooid is en er gegevens op het LCD-scherm wor-
den weergegeven, gaat u naar Weergave-instellingen op pag. 14.
Als ENTER INITIALIZATION (initialisatie openen) wordt weergegeven op
het LCD-scherm, gaat u naar Systeeminstellingen op pag. 8 en voert u
de vereiste systeeminstellingen uit.
7