Brandstoftank instellen
BELANGRIJK:
ALLE informatie van de brandstoftank MOET worden
ingesteld in de toerenteller aan BAKBOORD (PORT) om de functies voor
brandstofbeheer te gebruiken.
1.) Selecteer het aantal brandstoftanks in het systeem met de knoppen
OMHOOG of OMLAAG. ICON meters ondersteunen maximaal vijf brand-
stoftanks.
Elke combinatie van analoge brandstofzenders of zenders/converters van
het NMEA 2000 netwerk kan worden gebruikt.
2.) Houd de MODE-knop ingedrukt om het aantal brandstoftanks op te
slaan. Op het LCD-scherm wordt SETTING SAVED! (instelling opgesla-
gen) weergegeven en u hoort een piep.
3.) Stel de capaciteit van de eerste brandstoftank in met de knoppen
OMHOOG of OMLAAG. Houd de knop OMHOOG of OMLAAG ingedrukt
om de capaciteit van de brandstoftank sneller in te stellen.
11