De draden aansluiten
1. Sluit een koplampkabel aan op de linker koplamp; steek
het uiteinde met alleen de pinnen door de opening in
de koplampbehuizing. Doe dit vanaf de binnenkant
zodat de connector zich in de lamp bevindt
Figuur 18
2. Sluit de connector aan op de koplamp.
3. Sluit de losse connector aan op de pinnen aan het
andere uiteinde van deze connector
Opmerking: Druk de connectors in de stekker; zie
Figuur
19.
Figuur 19
1. Zwarte draad
4. Steek de connectorkabel door het gat aan de voorzijde
van het chassis naar het verdeelstuk van het maaidek,
en zoek de 2 connectors van de hoofdkabelboom.
5. Sluit de kabels van het voorste standlicht, de voorste
richtingaanwijzer en de koplamp aan op de connectors.
Zorg ervoor dat de kleur van de draden overeenstemt
met de locatie aangeduid in
Belangrijk: Controleer of u de componenten
correct hebt aangebracht en of ze goed vastzitten.
(Figuur
g028959
g028961
2. Rode draad
Figuur 20
en
Figuur
21.
18).
1. Zwart
2. Rood/wit
1. Voorste standlicht – zwarte
draad (boven), rode/witte
draad (onder)
2. Voorste richtingaanwijzer
– zwarte draad (boven),
groene draad (onder)
6. Herhaal de procedure voor de rechter koplamp.
4
De schakelaars monteren
Benodigde onderdelen voor deze stap:
1
Lichtschakelaar
1
Schakelaar voor gevarenverlichting
1
Schakelaar richtingaanwijzer
1
Connectorkabel
Procedure
1. Verwijder de 6 schroeven waarmee het bedieningspaneel
is bevestigd aan de bedieningseenheid
8
Figuur 20
Overzicht kabelingangen
3. Groen
4. Blauw
Figuur 21
3. Koplamp – zwarte draad
(boven), blauwe draad
(onder)
g028960
g028967
(Figuur
22).