Software-inbedrijfstelling
Als de velden rood omrand zijn, is de invoer niet geldig en moet deze worden aangepast.
Pictogrammen
De gegevens van het apparaat kunnen bewerkt worden
Geselecteerd apparaat wordt gewist
Opent het overzicht van alle gegevenspunten (BACnet) van het apparaat. Bij I/O
worden ook de gegevenspunten zonder BACnet-koppeling weergegeven.
7.2.2.5.2
Apparaat toevoegen
Apparaten worden in vier stappen toegevoegd. Daarvoor
altijd voor een bepaald apparaattype plaats. D.w.z. dat voor dit apparaattype alle stappen afgesloten en de con-
figuratie opgeslagen moeten worden, voordat de volgende apparaten aangemaakt kunnen worden.
7.2.2.5.2.1
Stap 1
In de eerste stap kunnen voor de apparaten bepaalde modellen (Pattern) gedefinieerd worden, die daarna voor
het aanmaken van de apparaten worden gebruikt. Dit maakt het toevoegen van de apparaten eenvoudiger,
aangezien deze gegevens daarmee vooraf gedefinieerd worden en niet afzonderlijk ingevoerd hoeven te wor-
den.
Voor deze modellen kunnen vrije tekstelementen gebruikt worden of er kan een automatisme gecreëerd wor-
den door middel van een tussen accolades aangegeven variabele.
Daarbij worden via deze specificaties tussen accolades reeds ingevoerde gegevens van de controller alsmede
gegevens die in het verdere verloop ontstaan (bijv. adressering, type) gebruikt. De gedefinieerde modellen gel-
den voor alle elementen die in de volgende stappen gegenereerd worden.
Afb. 28 Apparaten toevoegen – Stap 1 (Default-setting)
Apparaten toevoegen
kiezen. Het toevoegen vindt
myGEZE Control
40