Inhoudsopgave
Advertenties
1
Opmerkingen bij de documentatie
Deze handleiding is bedoeld voor vaktechnici, die
vertrouwd zijn met de montage en installatie van de
lucht/water-warmtewisselaar alsmede vaktechnici
die vertrouwd zijn met de bediening van de lucht/
water-warmtewisselaar.
1.1 Geldige documenten
Op de hier beschreven ventilatortypen is één hand-
leiding van toepassing:
– Montage-, installatie- en bedieningshandleiding,
als papieren document en/of op de bij de warmte-
wisselaar meegeleverde CD-ROM.
Voor schade, als gevolg van het niet in acht nemen
van de aanwijzingen in deze handleiding, kunnen wij
niet aansprakelijk worden gesteld. Indien nodig zijn
ook de handleidingen van de gebruikte toebehoren
van toepassing.
1.2 CE-markering
De conformiteitsverklaring is als apart document bij
de warmtewisselaar meegeleverd.
1.3 Bewaren van de documenten
Deze handleiding alsmede alle andere meegele-
verde documentatie maken deel uit van dit product.
Ze moeten aan de installatie-exploitant worden over-
handigd. De exploitant zorgt dat de documentatie
zodanig wordt opgeborgen dat deze altijd toegan-
kelijk is.
1.4 Gebruikte symbolen
Neem de volgende veiligheids- en overige aan-
wijzingen in de handleiding in acht:
Symbool voor aanwijzingen bij een uit te voeren
handeling:
Dit symbool geeft aan dat er een handeling moet
worden uitgevoerd.
Veiligheidsinstructies en andere aanwijzingen:
Gevaar!
Direct levens- en letselgevaar!
Let op!
Mogelijk gevaar voor product en milieu.
Opmerking:
Nuttige informatie en bijzonderheden.
Montage-, installatie- en bedieningshandleiding Rittal lucht/water-warmtewisselaars
1 Opmerkingen bij de documentatie
2
Veiligheidsvoorschriften
Neem de volgende algemene veiligheidsvoor-
schriften in acht bij de montage en bediening van
het apparaat:
– Montage, installatie en onderhoud mogen alleen
door speciaal hiervoor opgeleide technici worden
uitgevoerd.
– De minimale wateraanvoertemperatuur van +7 °C
mag op geen enkele plaats in de watercirculatie
worden onderschreden.
– Gebruik alleen een antivriesmiddel na toestem-
ming van de fabrikant.
– De luchtaanzuig- en -inblaasopeningen van de
lucht/water-warmtewisselaar aan de binnenzijde
van de behuizing mogen niet zijn gemodificeerd
(zie ook paragraaf 4.2.2).
– Het vermogensverlies van de in de behuizing
geïnstalleerde componenten mag het specifieke
nuttige koelvermogen van de lucht/water-warmte-
wisselaar niet overschrijden.
– De lucht/water-warmtewisselaar dient altijd
verticaal te worden getransporteerd.
– Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen
en toebehoren.
– Breng geen modificaties op de lucht/water-
warmtewisselaar aan, die niet in deze of de andere
geldige handleidingen zijn beschreven.
– De netsteker van de lucht/water-warmtewisselaar
mag alleen in spanningsloze toestand worden
ingestoken of uitgetrokken. Gebruik de op het
typeplaatje vermelde voorzekering.
– Voor service- en onderhoudswerkzaamheden
dient u het apparaat los te koppelen van de
voeding.
– In de directe omgeving van de lucht/water-
warmtewisselaar mogen geen licht ontvlambare
voorwerpen/stoffen worden bewaard.
NL
3
Advertenties
Inhoudsopgave
