SC-P400 Series Gebruikershandleiding
Toepassingen
Adobe Photoshop CS3 of
hoger
Adobe Photoshop Ligh-
troom 1 of hoger
Adobe Photoshop Ele-
ments 6 of hoger
Andere toepassingen
Opmerking:
Kijk op de website van de distributeur voor informatie
over de besturingssystemen die de toepassing
ondersteunt.
Voorbeeld van Adobe Photoshop CS5
Open het venster Print (Afdrukken).
Selecteer Color Management (Kleurenbeheer) en
vervolgens Document. Selecteer Printer Manages
Colors (Printer beheert kleuren) bij Color Handling
(Kleurverwerking) en klik vervolgens op Print
(Afdrukken).
Afdrukken op basis van kleurenbeheer
Instellingen voor kleu-
renbeheer
Printer Manages Colors
(Printer beheert kleuren)
No Color Management
(Geen kleurenbeheer)
A
Selecteer ICM bij Mode (Modus) op het
tabblad Main (Hoofdgroep) van de
printerdriver en klik vervolgens op Advanced
(Geavanceerd).
"Afdrukken (Windows)" op pagina 29
U
B
Selecteer bij ICM Mode (ICM-modus) in het
venster ICM de optie Driver ICM (Basic)
(Driver-ICM (standaard)) of Driver ICM
(Advanced) (Driver-ICM (geavanceerd)).
Als u Driver ICM (Advanced) (Driver-ICM
(geavanceerd)) selecteert, kunt u de profielen
en intentie opgeven voor de afzonderlijke
gedeelten (afbeeldingen, graphics, tekst).
Intentie
Saturation
(Verzadiging)
Perceptual
(Waarneming)
Relative Colori-
metric (Relatie-
ve Colorime-
tric)
84
Uitleg
Hiermee blijft de verzadiging on-
gewijzigd en worden de gege-
vens geconverteerd.
Hiermee worden de gegevens
geconverteerd, zodat u een af-
beelding krijgt die natuurlijker
aandoet. Deze functie wordt ge-
bruikt wanneer voor afbeel-
dingsgegevens een breder kleu-
rengebied wordt gebruikt.
Hiermee wordt een conversie uit-
gevoerd zodat een set coördina-
ten voor gamma en witpunt (of
kleurtemperatuur) in de oor-
spronkelijke gegevens overeen-
komt met de corresponderende
afdrukcoördinaten. Deze functie
wordt toegepast voor veel ver-
schillende manieren van kleuraf-
stemming.