GasBadge
Pro Persoolijke monitor voor één gas
STEL's werken onafhankelijk van gegevensregistratie. Zij worden niet gewist als
een nieuwe sessie wordt gestart. STEL-waarden kunnen alleen worden gewist als
(1) instrument zich gedurende vijftien minuten in schone lucht bevindt of (2) het
instrument wordt uitgeschakeld.
Elke sessie bevat de volgende informatie:
gastype
sensorresolutie
serienummer van sensor
instelpunt laag alarm
instelpunt hoog alarm
instelpunt TWA-alarm
instelpunt STEL-alarm
datum laatste kalibratie (jaar, maand en dag).
Sessies (die eveneens perioden en records kunnen bevatten) koppelen de gegevens
die zijn opgehaald uit het instrument aan de sensor die in het instrument was
geïnstalleerd op het tijdstip dat de gegevens werden vastgelegd.
Gebeurtenislogboek
De GasBadge Pro slaat alarmgebeurtenissen op in niet-vluchtig geheugen. De
laatste 15 gasalarmen worden opgeslagen via continue registratie. Alarmen treden
op als de aanwezige gasconcentratie de onder- of bovengrens overschrijdt of als de
waarden
voor
kortetermijn
gemiddelde (TWA) de ingestelde alarmgrenzen overschrijden. De volgende
informatie wordt opgeslagen voor elke situatie:
gastype
maximaal blootstellingsniveau (ppm of %)
duur van alarm in minuten/seconden
relatieve tijdstip waarop alarm heeft plaatsgevonden.
28
blootstellingslimiet
INDUSTRIAL SCIENTIFIC
(STEL)
of
tijdsgewogen