Aanpassen van uw recept aan de
keukenrobot
De instructies in dit boek kunnen worden
gebruikt om uw favoriete recepten om te
zetten voor het gebruik met uw KitchenAid
keukenrobot.
Om een mixprocedure te helpen bepalen,
zal u uw eigen waarnemingen en ervaring
nodig hebben. Houd het beslag of deeg in de
gaten en meng niet langer tot het er uitziet
zoals het recept aangeeft, zoals bijvoorbeeld
"glad en romig". Raadpleeg de "Richtlijnen
voor de snelheidsinstelling" op pagina 7 om u
te helpen bij het bepalen van de juiste
mixsnelheid.
Ingrediënten toevoegen
De te volgen standaardprocedure bij het mixen
van het meeste beslag, in het bijzonder cake-
en koekjesbeslag, bestaat erin het volgende
toe te voegen:
1
⁄
droge ingrediënten
3
1
⁄
vloeibare ingrediënten
2
1
⁄
droge ingrediënten
3
1
⁄
vloeibare ingrediënten
2
⁄
droge ingrediënten
1
3
Gebruik snelheid 1 (ROEREN) tot de
ingrediënten gemengd zijn. Vervolgens
versnelt u geleidelijk tot de gewenste snelheid.
Voeg de ingrediënten altijd zo dicht
mogelijk tegen de zijkant van de kom toe, niet
rechtstreeks in de bewegende menghaak. Het
schenkschild kan worden gebruikt om het
toevoegen van ingrediënten te
vereenvoudigen.
NOOT: als op de bodem van de kom
ingrediënten niet grondig gemixt zijn, bevindt
de menghaak zich te ver van de bodem van
de kom. Zie "Vrije ruimte tussen platte
menghaak en kom" op pagina 5.
Mixtips
Cakemengsels
Wanneer u verpakte cakemengsels bereidt,
gebruik dan snelheid 4 voor een middelmatige
snelheid en snelheid 6 voor een hoge snelheid.
®
Voor het beste resultaat mixt u gedurende de
op de verpakking vermelde tijd.
Noten, rozijnen of gekonfijt fruit
toevoegen
Vaste stoffen moeten tijdens de laatste
seconden van mixen op snelheid 1 (ROEREN)
vermengd worden. Het beslag moet dik
genoeg zijn om te voorkomen dat het fruit of
de noten naar de bodem van de pan zakken
tijdens het bakken. Kleverig fruit moet met
meel bestrooid worden om beter verspreid te
worden in het beslag.
Vloeibare mengsels
Mengsels met grote hoeveelheden vloeibare
ingrediënten moeten op lagere snelheden
gemixt worden om rondspatten te vermijden.
Verhoog de snelheid pas wanneer het mengsel
dikker geworden is.
Gistdeeg kneden
Gebruik ALTIJD de kneedhaak om gistdeeg te
mixen en te kneden. Gebruik snelheid 2 om
gistdeeg te mixen of te kneden. Om het even
welke andere snelheid gebruiken, maakt de
kans op een ontregeling van het toestel erg
groot.
Gebruik NOOIT recepten die meer dan
1,96 kg (14 kopjes) universeel meel of 1,12 kg
(8 kopjes) volkorenmeel nodig hebben, bij het
maken van deeg met een staande robot van
5,8 liter.
Gebruik NOOIT recepten die meer dan
1,68 kg (12 kopjes) universeel meel of 840 g
(6 kopjes) volkorenmeel nodig hebben, bij het
maken van deeg met een staande
keukenrobot van 4,8 liter.
8