Gebruik deze functie om een zender in te schakelen zonder dat deze het RF-spectrum verstoort.
Houd de knop exit tijdens het inschakelen ingedrukt totdat RF MUTED wordt weergegeven. Om de mute ongedaan te maken,
schakelt u de zender opnieuw in.
Aangepaste groepen
Met deze functie kunt u maximaal zes groepen handmatig geselecteerde frequenties maken die naar ontvangers op het net-
werk kunnen worden geëxporteerd zodat een systeem eenvoudiger kan worden ingesteld.
Om een aangepaste groep te maken: UTILITES > ADVANCED RF > CUSTOM GROUPS
Opmerking: Gebruik Wireless Workbench of de Wireless Frequency Finder om de meest compatibele frequenties te selecteren. Ga naar www.shure.com voor
meer informatie.
Een aangepaste groep exporteren:
1.
Ga naar UTILITES > ADVANCED RF > CUSTOM GROUPS > EXPORT. Het volgende scherm wordt weergegeven.
2.
Druk op de knipperende knop ENTER om alle aangepaste groepen te exporteren naar alle ontvangers op het netwerk.
Antennevoorspanning
Antennepoorten A en B leveren een DC-voorspanning aan actieve antennes. Schakel de DC-voeding uit bij gebruik van pas-
sieve (niet-gevoede) antennes.
Om de voorspanning uit te schakelen: DEVICE UTILITIES > ADVANCED RF > ANTENNA BIAS > OFF
Netwerkontvangers
De ontvanger gebruikt een ethernetverbinding om een netwerk te vormen met andere onderdelen. Voor automatische netwerk-
configuratie kunt u een ethernet-switch geschikt voor DHCP zoals de Shure AXT620 gebruiken. Breid bij grotere installaties het
netwerk uit met meerdere ethernet-switches.
Let op: Gebruik slechts een DHCP-server per netwerk.
Automatische IP-adressering
Stel voor alle ontvangers de IP-modus in op Automatic: DEVICE UTILITIES > NETWORK > CTRL NETWORK
Handmatige IP-adressering
1.
Sluit de ontvangers aan op een ethernet-switch.
2.
Stel voor alle ontvangers de IP-modus in op Manual: (DEVICE UTILITIES > NETWORK > CTRL NETWORK)
3.
Stel voor alle apparaten geldige IP-adressen in.
4.
Stel het subnetmasker voor alle apparaten in op dezelfde waarde.
Toestel-ID
Stel de apparaat-ID van de ontvanger in om deze gemakkelijk te kunnen identificeren binnen het netwerk of in de Wireless
Workbench: DEVICE UTILITIES > NETWORK > SHURE CONTROL > Dev.ID
Bewerk de apparaat-ID met de bedieningsknop.
High-densitymodus
Met de high-densitymodus wordt extra bandbreedte gecreëerd voor meer kanalen in drukke RF-omgevingen. De frequentie-ef-
ficiëntie wordt geoptimaliseerd door gebruik van 1 mW RF-zendvermogen en versmalling van de modulatiebandbreedte, zodat
Shure Incorporated
27/51