Druk hierop om een kanaal of menu-item te selecteren
◦
Draai eraan om door menu-items te bladeren of een parameterwaarde te wijzigen
⑧ Kanaalselectieknop
Druk hierop om een kanaal te selecteren.
⑨ Sync-knop
Druk op de knop sync wanneer de IR-vensters van de ontvanger en de zender zijn uitgelijnd om de instellingen van de ont-
vanger over te dragen naar de zender.
⑩ LED's RF-diversiteit
Geven antennestatus aan:
◦
Blauw = normaal RF-signaal tussen de ontvanger en zender
◦
Rood = interferentie gedetecteerd
◦
Uit = geen RF-verbinding tussen de ontvanger en zender
Opmerking: de ontvanger geeft alleen een audiosignaal als één blauwe LED oplicht.
⑪ LED's RF-signaalsterkte
Geven de sterkte van het RF-signaal van de zender aan:
◦
Oranje = normaal (–90 tot –70 dBm)
◦
Rood = overbelasting (meer dan –25 dBm)
⑫ Audio-LED's
Geven het gemiddelde niveau en piekniveau van de audio aan:
LED
Rood (6)
Geel (5)
Geel (4)
Groen (3)
Groen (2)
Groen (1)
Opmerking: In de modus Frequentiediversiteit geeft gelijktijdig knipperen van de rode en gele audio-LED's aan dat diversiteitsaudio naar dit kanaal wordt ge-
leid.
⑬ Gain-knoppen
Druk op de gain-knoppen ▲▼ aan de voorkant van de ontvanger om de versterking in stappen aan te passen van –18 tot