10
Instellingen van het servicemenu
Servicefunctie
2.3F
Duur warmhouding
2.4F
Sifonvulprogramma
2.5F
Inspectieinterval instellen
2.7b
3-wegklep in middenpositie zet-
ten
2.7E
Gebouwdroogfunctie
2.9E
Vertraging signaal turbine
2.9F
Nalooptijd cv-pomp
2.bF
Vertraging van het inschakelen
van de brander voor tapwater-
voorziening (zonnemodus)
Tabel 12 Menu 2
32
Mogelijke instellingen
De duur van het warm houden geeft aan, hoe lang het CV-bedrijf na een tapwaterafname geblokkeerd
blijft.
De duur van het warmhouden kan van 0 tot 30 minuten worden ingesteld.
Basisinstelling is 1 minuten.
Het sifonvulprogramma zorgt ervoor dat de condenssifon na de installatie of na langdurige stilstand van
het toestel gevuld wordt.
Het sifonprogramma wordt geactiveerd, wanneer:
• het toestel via de aan/uit-schakelaar wordt ingeschakeld.
• de brander minimaal 28 dagen niet in bedrijf was.
• er wordt overgeschakeld tussen zomer- en winterstand
Bij de volgende warmtevraag voor cv- of boilerbedrijf wordt het toestel 15 minuten op laag warmtever-
mogen gehouden. Het sifonvulprogramma blijft actief, tot 15 minuten op laag warmtevermogen is verlo-
pen.
Mogelijke instellingen zijn:
• 1: sifonvulprogramma met laag cv-vermogen
• 0: sifonvulprogramma is uitgeschakeld (alleen voor onderhoudsdoeleinden).
Basisinstelling is 1.
Zolang het sifonvulprogramma actief is, knippert het symbool
▶ Na het onderhoud de servicefunctie weer op 1 zetten.
Mogelijke instellingen zijn:
• 0: niet actief
• 1 - 72: 1 t/m 72 maanden
Na afloop van deze tijdsperiode toont het display de benodigde inspectie.
Basisinstelling is 0.
Na het opslaan van de waarde 1 gaat de 3-wegklep naar de middenpositie. Daardoor wordt het volledig
aftappen van het systeem en de eenvoudige demontage van de motor gewaarborgd.
Na 15 minuten wordt automatisch weer de waarde 0 opgeslagen.
De middenstand van de 3-wegklep wordt niet weergegeven.
Bij ingeschakelde gebouwdroogfunctie is gasinstelling op het toestel niet mogelijk!
Mogelijke instellingen zijn:
• 0: uitgeschakeld
• 1: alleen cv-bedrijf volgens toestel- of thermostaatinstelling, d.w.z. alle andere warmtevragen zijn
geblokkeerd.
Basisinstelling is 0.
Zolang de bouwdroogfunctie actief is, toont de tekstregel 7E.
Door spontane drukverandering in de watertoevoer, kan de debietmeter (turbine) een tapwaterafname
signaleren. Daardoor gaat de brander kortstondig in bedrijf, ondanks dat er geen water wordt afgetapt.
De vertraging van het turbinesignaal kan worden ingesteld van 2 tot 16. Een stap komt overeen met
0,25 seconden.
Basisinstelling is 2 (0,5 seconden).
De pompnalooptijd begint aan het einde van de warmtevraag door het regelsysteem.
Mogelijke instellingen zijn:
• 0 tot 60: nalooptijd in minuten (stappen van 1 minuut)
• 24H: nadraaitijd 24 uur.
Basisinstelling is 3 minuten.
Het inschakelen van de brander wordt net zolang onderdrukt, tot de tapwatertemperatuursensor vast-
stelt, of het zonnevoorverwarmde water de gewenste uitlaattemperatuur bereikt.
De inschakelvertraging is instelbaar van 0 - 50 seconden.
Basisinstelling is 0 (niet actief).
▶ De vertraging van het inschakelen van de brander, instellen overeenkomstig de installatie-omstan-
digheden.
.
Nefit BaseLine HRC • 6 720 800 258 (2013/12)