6
Elektrische aansluiting
5.7
Aansluitingen controleren
Wateraansluitingen
▶ Open beide serviceafsluiters
▶ vul de cv-installatie
▶ Controleer alle koppelingen op dichtheid.
▶ Open de inlaatcombinatie en een warmwaterkraan tot er water uit-
stroomt.
Gasleiding
▶ Om het gasblok tegen overdrukschade te beschermen, gaskraan slui-
ten.
▶ Controleer alle gasvoerende delen op dichtheid.
6
Elektrische aansluiting
6.1
Algemene aanwijzingen
GEVAAR: Door elektrocutie!
▶ Voor werkzaamheden aan het elektrische deel de
voedingsspanning (230 V AC) onderbreken (zeke-
ring, vermogensautomaat) en beveiligen tegen onbe-
doeld herinschakelen.
De elektrische aansluiting mag alleen door een erkende
installateur worden uitgevoerd.
Alle regel-, stuur- en veiligheidsonderdelen van het toestel zijn bedrijfs-
klaar bedraad en getest.
Veiligheidsmaatregelen conform NEN 1010 en speciale voorschriften
van de lokale energiebedrijven respecteren.
In ruimten met badkuipen of douche mag het toestel alleen via een FI-
aardlekschakelaar worden aangesloten.
Op de aansluitkabel mogen geen andere verbruikers worden aangeslo-
ten.
6 0 c m
2
1
Afb. 19
[1]
Veiligheidszone 1, direct boven de badkuip
[2]
Veiligheidszone 2, omtrek van 60 cm rondom bad/douche
Zekeringen
Het toestel is van een zekering voorzien. Deze bevindt zich onder de af-
dekking voor de aansluitklemmen
( afb. 20, pagina 20).
Een reservezekering bevindt zich aan de binnenkant van
de afdekking.
20
6 0 c m
1
2
6 720 612 659-13.3TT
6.2
Toestellen met aansluitkabel en netstekker aanslui-
ten
▶ Netstekker in een geaarde wandcontactdoos steken (buiten beveili-
gingszone 1 en 2).
-of-
▶ Wanneer het toestel in veiligheidszone 1 of 2 wordt aangesloten of bij
niet voldoende kabellengte de kabel demonteren (
hoofdstuk 6.4.7).
▶ In zone 1 de kabel verticaal naar boven toe leggen.
6.3
Regelsystemen
Het toestel kan met de thermostaten van de serie ModuLine worden ge-
bruikt.
6.4
Accessoires aansluiten
Afdekking van de aansluitklemmen wegnemen
De aansluitingen voor externe accessoires zijn onder een afdekking bij
elkaar opgesteld. De klemmenstroken zijn in kleur en mechanisch geco-
deerd.
▶ De 3 schroeven op de afdekking verwijderen en de afdekking naar
beneden toe wegnemen.
Afb. 20
Spatwaterbescherming
▶ Voor de spuitwaterdichtheid (IP) altijd de trekontlasting overeen-
komstig de diameter van de kabel afsnijden.
8-9
5-7
10-12
Afb. 21
▶ Kabel door de trekontlasting leiden en overeenkomstig aansluiten.
▶ Kabel op trekontlasting borgen.
6.4.1
Aan-/uit-kamerthermostaat (potentiaalvrij) aansluiten
▶ Aan/uit-temperatuurregelaar op de met dit sym-
bool gemarkeerde klemmen aansluiten.
6.4.2
Kamerthermostaat ModuLine aansluiten
▶ Kamerthermostaat op de met dit symbool ge-
markeerde klemmen aansluiten.
Nefit BaseLine HRC • 6 720 800 258 (2013/12)
13-14
6 720 612 259-30.1R
EMS
EMS