10
Instellingen van het servicemenu
10.2.2 Menu 1
Om een servicefunctie van het menu op te roepen:
▶ Toets
en toets ok tegelijkertijd zo lang indrukken, tot de tekstregel Menu 1 verschijnt.
▶ Keuze met toets ok bevestigen.
▶ Toets + of toets – indrukken, om door de servicefuncties van dit menuniveau te bladeren.
Servicefunctie
1.S1
Zonnemodule actief
1.S2
Maximale temperatuur in zonneboiler
1.S3
Minimale temperatuur in zonneboiler
1.W1
Buitentemperatuurafhankelijke rege-
laar met een lineaire stooklijn
1.W2
Punt A van de stooklijn
1.W3
Punt B van de stooklijn
1.W4
Temperatuurwaarde voor automatisch
zomerbedrijf
1.W5
Vorstbeveiliging installatie
1.W6
Temperatuurwaarde voor vorstbeveili-
ging
1.7d
Aansluiting externe aanvoertempera-
tuursensor bijv. open verdeler
Tabel 11 Menu 1
30
Mogelijke instellingen
Met deze servicefunctie wordt een aangesloten zonnemodule geactiveerd. Deze servicefunc-
tie is alleen beschikbaar, wanneer een zonnemodule in het systeem wordt herkend.
Mogelijke instellingen zijn:
• 0: geen zonnefunctie
• 1: zonnefunctie actief
Basisinstelling is 0.
Wordt alleen getoond, wanneer een zonnemodule werd geactiveerd (servicefunctie 1.S1)
De maximale temperatuur in de zonneboiler geeft aan, tot welke temperatuur de zonneboiler
moet worden opgeladen. Er kunnen waarden tussen de onder servicefunctie 1.S3 ingestelde
waarde en 90 °C worden ingesteld.
Basisinstelling: 60 °C.
Wordt alleen getoond, wanneer een zonnemodule werd geactiveerd (servicefunctie 1.S1)
De minimale temperatuur in de zonneboiler geeft aan, tot welke temperatuur de boiler mag af-
koelen, wanneer zonne-opbrengst aanwezig is. Er kunnen waarden tussen 30 °C en de onder
servicefunctie 1.S2 ingestelde waarde worden ingesteld.
Basisinstelling: 55 °C.
Deze servicefunctie is alleen beschikbaar, wanneer een buitentemperatuursensor in het sy-
steem wordt herkend.
Mogelijke instellingen zijn:
• 0: buitentemperatuurgestuurde regelaar niet actief.
• 1: buitentemperatuurgestuurde regelaar actief.
Basisinstelling is 0.
Weergave van de stooklijn pagina 48.
Aanvoertemperatuur bij een buitentemperatuur van – 10 °C
Instelbereik: 30 °C tot 82 °C.
Basisinstelling: 82 °C.
Aanvoertemperatuur bij een buitentemperatuur van +20 °C.
Instelbereik: 30 °C tot 82 °C.
Basisinstelling: 30 °C.
Wanneer de buitentemperatuur tot boven deze waarde toeneemt, dan schakelt de verwarming
uit. Wanneer de buitentemperatuur met min. 1 K ( °C) onder deze waarde afneemt, dan scha-
kelt de verwarming weer in.
Instelbereik: 0 °C tot 30 °C.
Basisinstelling: 16 °C.
Mogelijke instellingen zijn:
• 0: vorstbeveiliging installatie niet actief
• 1: vorstbeveiliging installatie actief
Basisinstelling is 0.
Deze servicefunctie is alleen beschikbaar, wanneer de vorstbeveiligingsfunctie (servicefunctie
1.W5) is geactiveerd.
Wanneer de buitentemperatuur lager wordt dan de ingestelde vorstbeveiligingstemperatuur,
wordt de cv-pomp in het cv-circuit ingeschakeld (vorstbeveiliging installatie).
Instelbereik: 0 °C tot 30 °C.
Basisinstelling: 5 °C.
Mogelijke instellingen zijn:
• 0: geen externe aanvoertemperatuursensor aangesloten
• 1: aansluiting externe aanvoertemperatuursensor op bedieningspaneel
• 2: Aansluiting externe aanvoertemperatuursensor op open verdeler
Basisinstelling is 0.
Nefit BaseLine HRC • 6 720 800 258 (2013/12)