6 Instellingen
5.4
Vorstbeveiliging
6
Instellingen
6.1
Parameterlijst
6.1.1
CU-GH08-regeleenheid parameters
Tab.11
Navigatie voor gebruikers-niveau
Niveau
Menupad
Gebruiker
(1) Zie de kolom "Submenu" in de volgende tabel voor de correcte navigatie. De parameters zijn in specifieke functies gegroepeerd.
Tab.12
Fabrieksinstellingen op gebruikers-niveau
Code
Beschrijving
AP016
CV-functie activeren
AP073
Buitentemperatuur voor zomerbedrijf: boven
grens voor verwarming
AP074
De CV-functie is uitgeschakeld. Warm water
blijft aan. Zomerbedrijf forceren.
CP000
Instelpunt maximale aanvoertemperatuur
groep
CP080
Activiteittemperatuur per groep
CP081
CP082
CP083
CP084
CP085
18
> Submenu
(1)
Opgelet
Schakel de ketel uit en tap de ketel en de CV-installatie af, als u
voor langere tijd geen gebruik maakt van de woning of het
gebouw en er kans is op vorst.
De vorstbeveiliging werkt niet als de ketel buiten bedrijf is.
De ingebouwde ketelbeveiliging werkt alleen voor de ketel en
niet voor de installatie en radiatoren.
Open de kranen van alle op de installatie aangesloten
radiatoren.
Zet de temperatuurregeling laag, bijvoorbeeld op 10°C.
Als het CV-water in de ketel te ver in temperatuur daalt, treedt de
ingebouwde ketelbeveiliging in werking. Deze werkt als volgt:
Bij een watertemperatuur lager dan 7°C start de pomp.
Bij een watertemperatuur lager dan 4°C start de ketel.
Bij een watertemperatuur hoger dan 10℃ slaat de ketel af en draait de
pomp kort na.
Om bevriezing van de installatie en radiatoren in vorstgevoelige ruimten
(bijvoorbeeld een garage) te voorkomen, kan er op de ketel een
buitensensor worden aangesloten.
Alle tabellen geven de fabrieksinstelling van de parameters weer.
Belangrijk
De tabellen beschrijven ook parameters die alleen van toepassing
zijn als de verwarmingsketel gecombineerd wordt met andere
apparaten.
Instelbereik
0 = Uit
1 = Aan
10 - 30 °C
0 = Uit
1 = Aan
0 - 90 °C
5 - 30 °C
Submenu
40L
CU-GH08
1
CU-GH08
22
CU-GH08
0
CIRCA
80
CIRCA
16
20
6
21
22
20
7686328 - v.07 - 25082022