2. Aard de voedingsbedrading:
•
Sluit de aarddraad aan op de middelste klem.
•
Sluit de voedingsaarde rechtstreeks aan op het aardpunt.
•
Houd alle aarddraden zo kort mogelijk.
•
Zorg ervoor dat alle aarddraden minder dan 1 ohm impedantie
hebben.
3. Sluit de draden aan op de bovenste en onderste klemmen.
Er kan een door de gebruiker te leveren schakelaar worden
aangebracht in de voedingsleiding. Een schakelaar vlakbij het rek is
verplicht als de installatie moet voeldoen aan Laagspanningsrichtlijn
73/23/EEG (installatie in Europa).
Figuur 6.
Voedingsklemmen
Voedingsklemmen
Toewijzing klemmen voor DC-voeding
Toewijzing klemmen voor AC-voeding
10