• Selecteer DIRECTORY om een item te selecteren in de
schepenlijst en selecteer een item.
3
Selecteer CALL.
De marifoon verzendt deze oproep via kanaal 70 en gaat
terug naar het vorige kanaal. Op het scherm wordt WAITING
FOR ACKNOWLEDGE weergegeven.
Oproepen ontvangen
Noodoproepen en doorgegeven noodoproepen
ontvangen
Als een noodoproep of een doorgegeven noodoproep wordt
ontvangen, wordt op het marifoonscherm de tekst DISTRESS of
DISTR RELAY weergegeven, evenals informatie over de oproep
(zoals het MMSI-nummer en de aard van het noodgeval). Een
noodoproep wordt verzonden vanaf een vaartuig dat hulp nodig
heeft, en een doorgegeven noodoproep wordt verzonden vanaf
een ander vaartuig of vanaf een station namens een vaartuig
dat hulp nodig heeft.
De marifoon verzendt gegevens over de oproep via het NMEA
netwerk
(DSC NMEA uitzendingen configureren, pagina
Dit is afhankelijk van de instelling van de MMSI-filters.
Wanneer u een noodoproep ontvangt, selecteert u een optie:
• Selecteer
om extra informatie over de noodoproep weer
te geven.
• Selecteer OK om de noodoproep te accepteren en over te
schakelen naar kanaal 16.
• Selecteer CANCEL om de noodoproep te negeren en op
het huidige kanaal te blijven.
Spoed- en veiligheidsoproepen aan alle schepen
ontvangen
Wanneer u een spoed- of veiligheidsoproep aan alle schepen
ontvangt, wordt op het scherm ALL SHIPS en als type oproep
URGENCY of SAFETY weergegeven. Als de kanaalaanvraag
voor een ongeldig kanaal is, wordt INVALID CH REQUEST
weergegeven op het scherm.
Wanneer u een spoed- of veiligheidsoproep ontvangt,
selecteert u een optie:
• Selecteer
om extra informatie over de oproep weer te
geven.
• Selecteer OK om de oproep te accepteren en over te
schakelen naar kanaal 16.
• Selecteer CANCEL om de oproep te negeren en op het
huidige kanaal te blijven.
Persoonlijke standaardoproepen ontvangen
Wanneer u een persoonlijke standaardoproep ontvangt, wordt
op het scherm INDIVIDUAL en als type oproep ROUTINE
weergegeven. Als de kanaalaanvraag voor een ongeldig kanaal
is, wordt INVALID CH REQUEST weergegeven op het scherm.
Wanneer een oproep op een geldig kanaal wordt ontvangen,
selecteert u een optie:
• Selecteer OK om de oproep te accepteren en over te
schakelen naar het aangevraagde kanaal.
• Selecteer CANCEL om de oproep te negeren en op het
huidige kanaal te blijven.
Positieaanvragen ontvangen
U kunt de marifoon zodanig configureren dat binnenkomende
positieaanvragen automatisch worden beantwoord. U kunt ook
instellen dat u binnenkomende aanvragen wilt beoordelen en
goedkeuren voordat deze worden beantwoord, of dat
binnenkomende aanvragen moeten worden genegeerd
(Positieaanvragen automatisch beantwoorden, pagina
Wanneer u een positieaanvraag ontvangt terwijl automatische
beantwoording van positieaanvragen is ingeschakeld, wordt op
Digital Selective Calling (DSC)
het scherm de tekst SENDING ACKNOWLEDGE weergegeven
en wordt uw positie automatisch verzonden. Zodra de positie is
verzonden, wordt op het scherm de tekst POSITION SENT
weergegeven.
Wanneer u een positieaanvraag ontvangt terwijl automatische
beantwoording van positieaanvragen is uitgeschakeld, wordt op
het scherm de tekst POS. REQUEST weergegeven.
Wanneer u een positieaanvraag ontvangt terwijl
automatische beantwoording van positieaanvragen is
uitgeschakeld, kiest u OK en selecteert u vervolgens een
optie:
• Selecteer OK als u op de positieaanvraag wilt
beantwoorden met uw huidige positie.
Als er GPS-positiegegevens of handmatig ingevoerde
positiegegevens beschikbaar zijn, wordt uw positie naar
het andere vaartuig verzonden.
• Selecteer CANCEL als u de positieaanvraag wilt negeren.
Positieoproepen ontvangen
Wanneer u een positieoproep ontvangt, worden op het scherm
10)
de tekst POS. SEND en de positiegegevens weergegeven.
Selecteer OK.
Het positierapport wordt opgeslagen in het oproeplog.
Groepsoproepen ontvangen
Wanneer u een groepsoproep ontvangt, wordt op het scherm
GROUP weergegeven en wordt er gevraagd of u wilt
overschakelen naar het aangevraagde kanaal. Als het
aangevraagde kanaal ongeldig is, wordt INVALID CH
REQUEST weergegeven op het scherm.
1
Selecteer OK.
2
Draai aan de knop SELECT om het aangevraagde kanaal te
selecteren.
3
Selecteer OK.
Positie bijhouden
Als u de functie voor positie bijhouden inschakelt, verzendt de
marifoon met regelmatige tussenpozen positieaanvragen om de
positie van maximaal drie vaartuigen bij te houden.
De marifoon verzendt ontvangen positiegegevens via het NMEA
netwerk en u kunt de vaartuigen volgen met de Garmin
kaartplotter
(DSC NMEA uitzendingen configureren,
pagina
10).
Vaartuigen selecteren en positie bijhouden activeren
Voordat u positie bijhouden kunt gebruiken, moet u minimaal
één vaartuig hebben opgeslagen in de schepenlijst
(Schepenlijst, pagina
1
Selecteer DSC > POS. TRACKING > ADD ENTRY.
2
Tik op de vaartuigen die u wilt bijhouden.
U kunt de positie bijhouden van maximaal drie vaartuigen
tegelijk. Wanneer u een vierde vaartuig selecteert, klinkt er
een fouttoon en moet u een vaartuig verwijderen voordat u
een nieuw kunt toevoegen.
3
Selecteer BEGIN TRACKING.
Op het scherm wordt
vaartuigen volgt.
Volgorde voor pollinginterval voor positie bijhouden
Volgens de regels is het toegestaan om eenmaal per vijf
minuten een positieaanvraagoproep te verzenden. Wanneer u
meerdere vaartuigen volgt, verzendt de marifoon om de beurt
een oproep naar elk vaartuig in de lijst, met tussenpozen van vijf
minuten. Als een vaartuig niet reageert op vijf opeenvolgende
9).
positieaanvraagoproepen, verwijdert de marifoon dat vaartuig uit
de lijst met bijgehouden posities.
8).
weergegeven wanneer de marifoon
7