De temperatuur in de vrieskast
Om levensmiddelen gedurende langere tijd te kunnen bewaren mag de temperatuur in de vrieskast niet hoger
zijn dan --18_C. Denk er echter wel om, dat het stroomverbruik toeneemt naarmate de temperatuur afneemt.
De ingebouwde temperatuurdisplay toont de warmste temperatuur in de vrieskast. Als u de temperatuur m.b.v.
een thermometer wilt meten, dient u de thermometer tussen de levensmiddelen te leggen omdat hier de juiste
temperatuur kan worden gemeten. Het is normaal als de ingebouwde temperatuurdisplay een iets hogere
temperatuur aangeeft.
Alarmeringen en andere
kenmerken
Deuralarm
Als de deur ongeveer dan 1,5 minuut open blijft
staan, begint de rode waarschuwingslamp te
knipperen en klinkt het alarmsignaal.
Om het alarm uit te schakelen:
Druk de alarmtoets in. Zo lang de deur open blijft, zal
het alarmsignaal elke minuut opnieuw overgaan. De
rode waarschuwingslamp gaat uit als de deur
gesloten wordt.
Temperatuuralarm
Als de temperatuur boven --11_C stijgt, begint de
rode waarschuwingslamp te knipperen en klinkt het
alarmsignaal. Vervolgens begint ook de
temperatuurdisplay te knipperen.
Om het alarm uit te schakelen:
Druk de alarmtoets in om het alarmsignaal uit te
zetten. De temperatuurdisplay stopt met knipperen.
De rode waarschuwingslamp gaat uit wanneer de
temperatuur in het vriesvak onder --11_C daalt.
Zoek de oorzaak van het alarm. Zie het hoofdstuk
"Als de kast niet naar behoren functioneert".
Temperatuurgeheugen
Het temperatuuralarm geeft aan wanneer een alarm
in de koelkast is afgegaan. Het
temperatuurgeheugen werkt als volgt:
Wanneer de temperatuur in het vriesvak weer onder
--11_C daalt, stopt het alarmsignaal. De
temperatuurdisplay en de rode waarschuwingslamp
blijven knipperen om aan te geven dat het alarm is
afgegaan. Als vervolgens de alarmtoets wordt
ingedrukt, toont de display de hoogste temperatuur
in het vriesvak tijdens de alarmfase en stopt met
knipperen. Door de temperatuurdisplay af te lezen,
kunt u bepalen of de levensmiddelen in het vriesvak
nog langer houdbaar zijn.
Bij ongeveer --12_C:
De meeste levensmiddelen kunnen onmiddellijk
weer worden ingevroren. Vooral roomijs is
gevoelig voor temperatuursveranderingen en
moet zo snel mogelijk geconsumeerd worden.
Bij --9 -- --2_C:
Levensmiddelen moeten worden bereid
(opkoken) voordat ze voor consumptie of
opnieuw invriezen geschikt zijn.
Controleer echter altijd zelf de kwaliteit van het
voedsel om te bepalen of het ingevroren kan worden
of weggegooid moet worden.
5
5
5
60
- 18
- 11
- 18
Electrolux 818 37 13-00/0