4. Onderhoud
4 Onderhoud
4.1 Controle en reiniging van de hoofdonderdelen
4.1.1
Waterdruk
Controleer regelmatig het waterpeil in de installatie. Indien nodig
bijvullen en daarbij de plotselinge aanvoer van koud water in een
warme ketel vermijden. Indien deze handeling meerdere keren per
seizoen uitgevoerd moet worden, zoek dan de lekkage en repareer
deze.
4.1.2
Veiligheidsorganen
Controleer de goede werking van de veiligheidsorganen (met name
de klep van de verwarmingskring).
4.2 Ketel
De ketel functioneert optimaal wanneer de warmtewisselaar
voldoende schoon wordt gehouden..
De verwarmingsketel moet gereinigd worden telkens als dat nodig is
en, net zoals de schoorsteen, ten minste een keer per jaar en in
sommige gevallen meer, afhankelijk van de geldende regelgeving en
het afgesloten verzekeringscontract.
Bij deze werkzaamheden moet altijd de elektrische voeding
van de ketel uitgeschakeld worden.
Om toegang te krijgen tot de verschillende te onderhouden en te
controleren organen, moet u het front mantel van de ketel
demonteren. Zie tekening hiernaast.
Reinigingswerkzaamheden: Zie volgende pagina's.
Voor het reinigen en onderhouden:
De kabel van de brander losmaken.
Na het reinigen en onderhouden:
- De vuurhaarddeur weer sluiten.
- Onderhoud aan de brander verrichten.
- Plaats de frontmantel terug.
- De goede werking testen en de verbranding meten.
20
De installatie niet aftappen, tenzij dit absoluut nodig is.
Voorbeeld: Meerdere maanden afwezig terwijl er
vorstgevaar in het gebouw is.
PK 260 - PK 260 + OBC
07/11/2012 - 300008235-001-01