3. Installatie
3.4 Aansluiten van de brander
3.4.1
Afmetingen voor de bevestiging van de brander
B = Boring Ø 110, Reeds gemaakte uitsnijding Ø 130.
C = 4 x M8 bij Ø 150, 4 aankruisingen op Ø 170.
3.4.2
Plaatsing van de brander
De positie van de branderkop ten opzichte van de isolatie
van de deur moet in acht genomen worden. De goede
positie wordt verzekerd door de branders De Dietrich.
Zie: Handleiding van de brander.
De volgende brandstoffen kunnen gebruikt worden:
- Stookolie EL volgens DIN 51603 Deel 1
Gebruik uitsluitend branders met verstuivers voor stookolie die
aan de normen EN267 / DIN4787 voldoen.
- Alle verbrandingsgassen volgens EN 437 of DIN DVGW - werkblad
G260/1
Gebruik uitsluitend aangeblazen gasbranders die voldoen aan
de normen EN676/DIN4788 (met inbegrip van de
vlambeveiligingsautomaat) en die de referentie DIN-DVGW
hebben.
Het verwarmingsvermogen moet overeenkomen met het nominale
vermogen van de verwarmingsketel.
3.4.3
Aansluiting, afstelling, indienststelling en serviceonderhoud
Zie: Handleiding van de brander.
3.5 Elektrische aansluitingen
Zie: Handleiding van het bedieningspaneel.
18
Ø 305
PK 260 - PK 260 + OBC
1
8227N013A
110
07/11/2012 - 300008235-001-01