witty.home
Het oplaadstation van Hager
7.4 Dynamisch opladen, aangepast aan uw levensstijl
Uw huis verbruikt op verschillende tijdstippen van de dag meer of
minder elektriciteit. Als de capaciteit van uw energiecontract beperkt
is, moet u vermijden dat de hoofdzekering wordt uitgeschakeld op
het ogenblik dat uw elektrisch voertuig zijn batterij begint op te laden.
In feite beschikken weinig huisaansluitingen over een vermogensre-
serve om het aansluiten van een elektrisch voertuig op een piekver-
bruiksmoment op te vangen zonder de grenzen van het energiecon-
tract te overschrijden. Op piekmomenten wordt de oplading van de
batterij aangepast aan het maximale restvermogen van de huisaan-
sluiting. Zodra het verbruik voor uw persoonlijke activiteiten daalt,
wordt de oplading automatisch opnieuw aangepast. De stroom wordt
op een volledig transparante manier verhoogd.
Het is echter belangrijk dat de oplading van uw elektrisch voertuig
niet te sterk wordt gereduceerd. Het is wenselijk dat ook op piekmo-
menten minstens 3 kW beschikbaar is om acceptabele oplaadtijden
te verzekeren.
Voor dat probleem biedt witty.home een zeer nuttige oplossing:
dynamische oplading (alleen geldig voor een oplaadstation dat op
een loadmanagementmodule (XEV304) is aangesloten):
Als u over een loadmanagementmodule beschikt, kunt u de
bekabeling verbinden. Zie onderstaande tabel voor de correcte beka-
beling.
2 x diameter
Materiaal
0,6 mm
Cu
4 x 0,6 mm
Cu
1. U verbindt de klemmen van de uitgangen 1 en 2 van de XEV304
met een afgeschermde kabel met de klemmen 53 en 54 van de
controller.
2. U sluit de meegeleverde stroomtrafo aan op de klemmen 7 en 10
van de loadmanagementmodule (XEV304).
3. U stelt de maximale belasting in op de XEV304.
4. Bij een 3-faseninstallatie maakt u een dooverbinding tussen de
klemmen 11 en 12.
5. De voeding (230V AC) van de XEV304 wordt aangesloten op de
klemmen 5 en 6 en afgezekerd met een gG-zekering 2A.
Potentieelmeter
max. belasting
XEV304
Stroomtrafo
Maximale
lengte (m)
36
150
Doorverbindingsbrug, 3-fasen
53 & 54
230 V AC
Technische wijzigingen voorbehouden
7.5 Ingebruikname
Zodra de aansluiting afgerond is en de eerste configuratie uitgevoerd,
moeten de 24V-voeding en de installatieautomaat worden ingescha-
keld.
Zodra het station met de passende sleutel vergrendeld is, kunnen de
aardlekschakelaar en installatieautomaat die in de externe verdeler
zijn geplaatst, worden ingeschakeld.
De externe behuizing kan opnieuw aangebracht en vastgeschroefd
worden op het laadstation. De stekker kan in de stekkerhouder wor-
den geplaatst.
Illustratie 2: Oplaadstation klaar voor gebruik
7.6 Opladen bij decentraal opgewekte energie
Met de loadmanagementmodule heeft men de mogelijkheid het
opladen te laten starten zodra de opgewekte energie van een
PV- of WKK-installatie boven de 6 A (1-fase) of 13 A (3-fasen) komt.
Raadpleeg hiervoor de handleiding van de loadmanagementmodule
(XE304).
11