Actiebalk
Er zijn vier functietoetsen aangebracht onder de LCD-display. Deze toetsen
worden gebruikt om de acties te selecteren die beschikbaar zijn tijdens het
bewerken van labels.
Actiebalk
Functietoetsen
In het voorbeeld hierboven kunt u op een van de twee linkerfunctietoetsen
drukken om door te gaan met het bewerken van het huidige label.
De bijbehorende acties van elke functietoets zijn specifiek voor de huidige taak.
Labeleditor
Elke labeltoepassing heeft een aangepaste editor voor het type label dat u maakt.
Onder aan de labeleditor staan vier functies die ingeschakeld zijn als de
betreffende functie beschikbaar is voor dat type label en de inhoud ervan.
Huidig label/aantal labels
Labeleigen-
schappen
instellen
Hier wijzigt u de eigenschappen voor het label. Dit is beschikbaar voor
labeltypen waarvan de eigenschappen aangepast kunnen worden. Zie
Gebruik van de labeltoepassingen op pagina 14 voor de
Eigenschappen
eigenschappen die voor elk labeltype beschikbaar zijn.
Voor het invoegen van een tekstvak of een symbool-, streepjescode- of
afbeeldingsobject. Welke objecten beschikbaar zijn, hangt af van het
geselecteerde labeltype. Zie Werken met objecten op een label op
Invoegen
pagina 31.
Paneellabels automatisch vullen of automatisch een reeks afzonderlijke
labels maken. Zie Een serie labels maken op pagina 34.
Serialiseren
Een reeks labels een voor een weergeven. Alleen beschikbaar wanneer
het huidige bestand meerdere labels bevat. Dit wordt ook gebruikt om
Ga naar
labelfouten te vinden.
™
12
XTL
300
Gebruikershandleiding
Doorgaan met
Een
Instellingen
bewerken van
opgeslagen
wijzigen
huidig label
label openen
Labellengte
Tekstvak,
Een serie
Ga naar
streepjescode,
labels
volgende
symbool of
maken
label
afbeelding
invoegen