Gebruik en opslag
Neem de volgende adviezen in acht om slecht functioneren en schade te voorkomen.
Adviezen voor gebruik en opslag
• Gebruik en bewaar de projector binnen de
temperatuurbereiken voor gebruik en opslag die
elders in deze handleiding zijn aangegeven.
• Plaats de projector niet op een plek waar
trillingen of schokken voorkomen.
• Plaats de projector niet dichtbij televisie-,
radio- of videoapparatuur die magnetische
velden verspreiden.
Dit kan een negatieve invloed hebben op het
geprojecteerde beeld en het geluid, en kan storingen
veroorzaken. Als zulke symptomen zich voordoen,
moet u de projector verder bij de televisie-, radio- of
videoapparatuur vandaan zetten.
• Plaats de projector niet op een hellend
oppervlak.
• Verplaats de projector niet tijdens het afspelen.
Dit kan de schijf beschadigen of storingen
veroorzaken.
• Gebruik of bewaar de projector niet in ruimten
met veel sigarettenrook of andere rook, of in
ruimten met veel stof.
Dit kan vermindering van de beeldkwaliteit tot
gevolg hebben.
• Raak de lens niet met uw blote handen aan.
Als er vingerafdrukken op de lens achterblijven,
wordt het beeld niet helder weergegeven. Plaats de
lenskap op de lens als u de projector niet gebruikt.
• EPSON is niet verantwoordelijk voor schade die
voortkomt uit problemen met de projector of de
lamp die buiten de garantievoorwaarden vallen.
Condensatie
Als u de projector van een koude naar een warme
ruimte verplaatst, of als de ruimte waarin de projector
staat snel wordt verwarmd, kan er condensatie (vocht)
aan de binnenkant van de lens ontstaan. Condensatie
kan niet alleen de oorzaak zijn van een slechtere
beeldkwaliteit, maar kan ook de schijf en/of onderdelen
van de projector beschadigen. Om condensatie te
voorkomen, moet u de projector ongeveer een uur
voordat u deze gaat gebruiken in de ruimte plaatsen.
Als er toch sprake is van condensatie, zet de
hoofdschakelaar dan aan en wacht twee uur voordat u
de projector gaat gebruiken. Gebruik de lamp in deze
twee uur niet.
Lamp
De projector gebruikt een kwiklamp met een hoge
interne druk als lichtbron. Kwiklampen hebben de
volgende eigenschappen.
• De helderheid neemt af als de opgegeven gebruikstijd
van de lamp is verstreken.
• Als het einde van de levensduur van de lamp wordt
bereikt, kan het gebeuren dat de lamp niet meer
oplicht en kan het zelfs gebeuren dat de lamp
explodeert. Dat kan gepaard gaan met een harde knal.
• Afhankelijk van de lamp die u gebruikt en de
omstandigheden waaronder de u de lamp gebruikt,
kan er een aanzienlijk verschil zijn tussen de
levensduur van verschillende lampen.
Het is aan te bevelen altijd een reservelamp bij de
hand te hebben.
• De kans dat een lamp explodeert, neemt aanzienlijk
toe als de gebruikstijd van de lamp is verstreken.
Als de melding verschijnt dat u de lamp moet
vervangen, doe dat dan ook.
LCD-paneel
• Hoewel het LCD-paneel met gebruik van
hoogstaande technologie is gemaakt, kan het
voorkomen dat u soms zwarte pixels ziet, of pixels
die altijd rood, blauw of groen oplichten. Soms ziet u
ook lijnen met ongelijkmatige helderheid en kleur.
Dit zijn normale eigenschappen van een LCD-paneel
en betekent dus niet dat er een defect is. Houd daar
rekening mee.
• Voorkom dat de projector lang achter elkaar een
stilstaand beeld projecteert.
Hiermee voorkomt u de mogelijkheid dat de
afbeelding inbrandt. U kunt een ingebrand beeld
proberen te verwijderen door de projector uit te
schakelen en de projector een tijdje niet te gebruiken.
Als het ingebrande beeld niet verdwijnt, neem dan
contact op met de leverancier. s pagina 69
5