1
Gebruik van de machine Noodzakelijke voorzorg-
smaatregelen
De machine dient alleen gebruikt te worden door bevoegd en vak-
bekwaam personeel.
Wanneer u de machine onbemand laat staan, dient u de con-
tactsleutel te verwijderen en de machine op de parkeerrem 11 (fi g.
2) te zetten
De machine niet op een helling stilzetten of voor deuren of bran-
dblussers.
Voordat u de machine gebruikt, de volgende controles uitvoeren:
Vooraf controleren om eventuele opgelopen schade tijdens tran-
sport of gebruik te ontdekken en te melden.
Controleer het brandstofpeil in tank 2, onder de zitplaats; zonodig
bijvullen met dieselolie voor vrachtverkeer.
!
brandgevaar!
Tijdens de brandstoftoevoer naar de machine niet roken en geen open vuur gebruiken.
-
oliepeil motor 3
-
controleer de motorkoelvloeistof in de tank 5.
-
oliepeil hydraulisch systeem in de tank 4 indien nodig bijvullen, zie eigenschappen smeermiddelen en vloeistoffen volgens de
tabel in hoofdstuk "TECHNISCHE INLICHTINGEN - HYDRAULISCH SYSTEEM".
-
luchtfi lter 1 van de motor controleren en zonodig reinigen.
-
het spoor van de borstels op de grond controleren en eventueel bijstellen zoals beschreven wordt in de betreffende hoofdstukken.
-
de afvalbak controleren en zonodig ledigen..
-
zorg ervoor dat de vuilwatertank (vuil water) helemaal leeg is.
-
controleer het niveau in de schoonwatertank (schoon water), Vul indien nodig.
-
controleer de schoonmaak en de slijtage van de borstels en de dweilrubbers, zuig-en afvoerleidingen.
GEBRUIK VAN DE MACHINE (FIG.4)
2
20
3
4
5