1. Zitplaats en afstellingen
De zitplaats beschikt over de volgende afstellingen:
-
in de lengterichting (hendel A)
-
afstelling rugleuning (knop B)
-
stugheid vering (hendel C)
2. Pedaal voor - en achteruit rijden
Regelt de rijsnelheid van de machine. Druk op de voorkant (A) van het pedaal om vooruit te rijden en op de achterkant (B) om achteruit
te rijden. Hoe dieper u het pedaal indrukt, hoe groter de rijsnelheid wordt. Wanneer u het pedaal loslaat remt de machine automatisch en
komt tot stilstand.
!
Opgepast!
Als de machine niet stil blijft staan nadat u het pedaal losgelaten heeft en de machine tot stilstand is gekomen, de afstelling
regelen volgens hoofdstuk 'aandrijfsysteem'.
3. Rempedaal.
Bedient de noodrem. Hydraulische bediening van de trommelremmen op de achterwielen.
4. Bedieningshendel opheffen | omlaagbrengen afvalbak
De hendel opheffen of omlaag brengen voor het bedienen van de afvalbak.
5. Bedieningshendel klep afvalbak
De hendel voor het openen of sluiten van de klep van de afvalbak.
De verklikkerlamp 6 geeft aan wanneer de afvalbak is gesloten.
6 Verklikkerlamp voor klep afsluiten van de afvalbak
De verklikkerlamp geeft aan het juist sluiten van de klep.
7. Hendel opheffen | omlaagbrengen zijborstel.
Bedient het opheffen of omlaagbrengen van de zijborstel
8. Bedieningshendel voor zij- en hoofdborstelrotatie
Bedient het de rotatie van de borstels.
9. Potentiometer verlagen | verhogen en druk van de hoofdborstels.
Dient om de hoofdborstels te verlagen of te verhogen en regelt hun druk op de grond.
!
Opgepast!
Deze functie is enkel actief nadat via de hendel 8 de rotatie van de borstels werd ingeschakeld.
-
Draai de potentiometer met de klok mee voor omlaagbrengen and afstellen de druk van de hoofdbostels op de vloer
-
Draai de potentiometer tegen de klok voor heffen van de hoofdborstels.
10. Gashendel.
Dient voor het regelen van het toerental van de motor (max. 3000 tpm) tijdens werk en vervoer. Door het trekken aan de hendel wordt het
toerental verhoogd, door het duwen tegen de hendel vermindert het toerental..
11. Hendel parkeerrem
Bedient de parkeerrem. De hendel werkt mechanisch op de trommelremmen van de achterwielen.
!
Opgepast!
Als de machine niet stil blijft staan met ingeschakelde parkeerrem, de rem afstellen volgens hoofdstuk 'parkeerrem'.
12. Watertoevoer stelknop naar de zijborstel
Openen | Sluiten en afstellen van de watertoevoer naar de zijborstel.
13. Watertoevoer stelknop naar de hoofdborstels
Openen | Sluiten en afstellen van de watertoevoer naar de hoofdborstels
BESCHRIJVING VAN DE BEDIENINGS (FIG.2)
17