2.
Meet opties
In dit menu kan men verschillende opties instellen, welke betrekking hebben op de
temperatuur. De hieronder vermelde symbolen geven de mogelijke iconen voor Sneltoets
1 weer, wanneer de verschillende opties zijn geselecteerd.
• Cursors
. Maak een keuze van één of twee cursors. Wanneer voor twee cursors is
gekozen, wordt de temperatuur voor beide cursors in een tabel of naast de cursors
weergegeven, het temperatuur verschil tussen beiden cursors word links boven
weergegeven. Wanneer één cursor is geselecteerd door middel van Sneltoets 1
, kan deze verplaatst worden met de navigatietoetsen.
Wanneer een emissiviteit lager dan 1.00 is geselecteerd knippert de cursor(s) op het
scherm.
De gemeten temperatuur kan op twee verschillende manieren worden weergegeven,
zie paragraaf 9 scherm instellingen voor meer informatie.
• Cursor Volgen
Selecteer "Hoog", "Laag" of "Hoog en Laag" om het warmste punt, het koudste
punt of beiden in het beeld te detecteren en te meten.
• Meetgebied analyse
Wanneer deze optie is ingeschakeld worden, de hoogste, laagste en de
gemiddelde temperatuur binnen het aangewezen gebied weergegeven. Gebied
selectiekaders kunnen worden geselecteerd in drie verschillende formaten door
middel van de links/rechts navigatietoetsen.
De opties hierboven zijn wederzijds exclusief, wat betekent dat
wanneer de ene optie is ingeschakeld de ander twee buiten
18
LET OP:
werking zijn.
Rev 001