Inhoudsopgave
Advertenties
Bedieningshandleiding
Veiligheidsschakelaar
5.
Functies en configuratie
5.1
Werkingsprincipe van de veiligheidsuitgangen:
De veiligheidsuitgangen van de AS-i veiligheidsmonitor worden
vrijgegeven als de volgende voorwaarden vervuld zijn:
• de deur werd gedetecteerd
• de bediensleutel is ingestoken
5.2
Configuratie van de veiligheidsmonitor
In de configuratiesoftware ASIMON kan de AZ201-AS met de volgende
veiligheidssmodules geconfigureerd worden (zie ook ASIMON
handleiding).
Tweekanalig afhankelijk
• Synchronisatietijd: 0,1 s
• Aanlooptest in optie
• Reset ter plaatse optioneel
De configuratie van de veiligheidsmonitor moet door
een bevoegde veiligheidsexpert / veiligheidsbeambte
gecontroleerd en geaccordeerd worden.
5.3
Het slave adres programmeren
Het slave adres wordt via de M12 stekkeraansluiting geprogrammeerd.
Via een AS-i busmaster of handprogrammeertoestel kan een adres van
1 tot 31 ingesteld worden.
5.4
Statussignaal veiligheidsvrijgave
Het statussignaal "veiligheidsvrijgave" van een Safety at Work slave
kan cyclisch via de AS-i master afgevraagd worden door de besturing.
Daartoe worden de 4 ingangsbits met de wisselende SaW code van
een Safety at Work slave via een OR-koppeling geëvalueerd ten
opzichte van 4 ingangen in de besturing.
5.5
Bediensleutel aanleren / bediensleuteldetectie
Veiligheidsschakelaars met standaardcodering zijn bij levering klaar
voor gebruik.
Individueel gecodeerde veiligheidsschakelaars en bediensleutels
worden volgens de onderstaande procedures op elkaar afgestemd:
1. Veiligheidsschakelaar uitschakelen en opnieuw onder spanning zetten.
2. Bediensleutel in het detectiebereik brengen. De leerprocedure wordt
aan de veiligheidsschakelaar gesignaleerd, de rode LED brandt, de gele
LED knippert (1 Hz).
3. Na 10 seconden geven korte knipperimpulsen (5 Hz) aan dat de
bedrijfsspanning van de veiligheidsschakelaar uitgeschakeld moet
worden. (Wordt de spanning niet binnen 5 minuten uitgeschakeld,
dan breekt de veiligheidsschakelaar de leerprocedure af en knippert
hij 5 maal rood om een foutieve bediensleutel te signaleren).
4. Zodra de bedrijfsspanning opnieuw ingeschakeld wordt, moet
de bediensleutel opnieuw gedetecteerd worden om de geleerde
bediensleutelcode te activeren. De geactiveerde code wordt op die
manier definitief opgeslagen.
Bij besteloptie -I1 is de uitgevoerde toewijzing van
veiligheidsschakelaar en bediensleutel onomkeerbaar.
Bij besteloptie -I2 kan de procedure voor het aanleren van een
nieuwe bediensleutel onbegrensd herhaald worden. Bij het aanleren
van een nieuwe bediensleutel wordt de op dat ogenblik actieve
code ongeldig. Daarnaast garandeert een vrijgaveblokkering van
10 minuten (manipulatiebeveiligingstijd) een verhoogde beveiliging
tegen manipulatie. De rood-groene AS-i Duo LED knippert totdat de
tijd van de vrijgaveblokkering verstreken en de nieuwe bediensleutel
gedetecteerd is. In geval van een spanningsonderbreking tijdens het
verstrijken van de tijd, begint de manipulatiebeveiligingstijd van 10
minuten vanaf nul opnieuw te lopen.
4
6.
Diagnose
3,3
6.1
LED aanduidingen
De veiligheidsschakelaar geeft zijn bedrijfstoestand en storingen weer
via een driekleurige LED aan de voorkant van het toestel.
De LED's hebben de volgende betekenis (volgens EN 62026-2):
LED rood/groen
AS-Interface voedingsspanning /
(AS-i duo LED):
AS-Interface communicatiefout /
slave adres = 0 /
periferiefout gedetecteerd /
toestelfout gedetecteerd /
manipulatiebeveiligingstijd actief
LED rood (Fault):
Toestelfout (zie Tabel 2)
LED geel (Status):
Toestelstatus / vrijgavestatus
(deur en bediensleutel herkend)
6.2
Fout / foutwaarschuwing
Fouten die de werking van de veiligheidsschakelcomponent AZ201-
AS niet langer garanderen, leiden tot de uitschakeling van het
veiligheidscontact en worden door een knipperpatroon van de rode LED
gesignaleerd (zie tabel 2).
Na het opheffen van de fout wordt de foutmelding gereset door de
bijbehorende veiligheidsdeur te openen en weer te sluiten.
De veiligheidsuitgangen van de veiligheidsmonitor kunnen opnieuw
ingeschakeld worden en daarmee de installatie opnieuw vrijgeven.
Als de temperatuur in het toestel te hoog is, wordt het systeem pas na
30 minuten veilig uitgeschakeld, omdat een veilige functie van de
AZ201-AS verder gegarandeerd is.
De foutwaarschuwing gebeurt via parameterpoort P3 en het FID bit.
Deze vroegtijdige waarschuwing voor fouten kan voor een
gecontroleerde uitschakeling van het proces gebruikt worden.
NL
AZ201-AS
5
AS-i
Fault
Status
M12
40
20 1
±
Advertenties
Inhoudsopgave
