Montage van de hydraulische
aansluitingen
Onderzijde warmtepomp:
1 Warmtebronuitgang
2 Warmtebroningang
3 Verwarmingswateringang
4 Verwarmingswateruitgang
LET OP
Bij de aansluitingswerkzaamheden dienen de
aansluitingen op het apparaat altijd tegen ver-
draaiing worden geborgd.
Monteer de roestvrijstalen ribbelbuizen voor de
trillingsontkoppeling aan de onderzijde van de kast.
LET OP
Hier mogen geen buishouders worden gemon-
teerd.
In de warmtebroningang dient een vuilvanger (toe-
behoren) te worden gemonteerd, maaswijdte: 0,4
mm.
Hydraulische integraties
De montage van de als toebehoren verkrijgbare
bouwgroepen vindt u in de installatievoorstellen van
de opstellingsschema's.
Opstellingsschema's
Technische wijzigingen voorbehouden | 83053000bNL – vertaling van de installatie- en gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH
WARMTAPWATERBUFFERVAT
U moet een speciaal warmtapwaterbuffervat in de instal-
latie integreren. Het buffervolume moet zo worden ge-
kozen, dat de benodigde hoeveelheid warm tapwater ter
beschikking staat.
De warmtewisselende oppervlakte van het warmtapwa-
terbuffervat moet zo gedimensioneerd zijn, dat het ver-
warmingsvermogen van de warmtepomp met een zo
klein mogelijk verschil tussen aanvoer- en retourtempe-
ratuur wordt overgedragen.
Wij bieden u graag een warmtapwaterbuffervat uit ons
assortiment aan. Deze zijn optimaal afgestemd op uw
warmtepomp.
11