Samenvatting van Inhoud voor Electronics Line 3000 iConnect
Pagina 1
Snelstart installatiehandleiding Raadpleeg voor gedetailleerde informatie, de volledige iConnect installatiehandleiding die op onze website verkrijgbaar is: www.electronics-line.com...
1. Inleiding Hartelijk bedankt dat u voor het draadloze inbraakbeveiligingssysteem iConnect heeft gekozen. Deze snelstart gebruikershandleiding beschrijft de hoofdstappen om het iConnect alarmpaneel te installeren en via het bedieningspaneel van de hoofdeenheid te gebruiken. 2. Systeem installatie Open de behuizing van de hoofdeenheid.
3. Systeem layout 3.1. Systeem architectuur Afbeelding 1 toont de componenten van het systeem, evenals de interactie van het systeem met de externe communicatienetwerken. Afbeelding 1: Systeem architectuur Zie Afbeelding 2...
Pagina 5
Afbeelding 2: Moederbord Contrast-LCD Luidspreker Jumper voor volume van sirene Platte kabel...
3.2. Hardware layout Deze sectie heeft tot doel de diverse printplaten van het systeem te presenteren (Afbeelding 3). Behalve van het moederbord, is elke randmodule als een aanvullende ontworpen optie beschikbaar die in de plastic behuizing kan worden geïnstalleerd. Afbeelding 3: Systeemlay-out Stroom- en verbindingskaart Communicatiemodule (GPRS + GSM + LAN) Back-upbatterijpak...
Pagina 7
Afbeelding 4: Stroom- en verbindingskaart Connector intercom module Platte kabel van interface connector naar communicatie module Programmeerbare relais uitgang (max. belasting 100 mA) Bekabelde detector zone (zone 33, 34) Systeembus klemmenstrook (bekabeld LCD-bedieningspaneel, bekabelde zone module) Platte kabel van interface connector naar moederbord (LCD-bedieningspaneel, ingebouwde luidspreker, microfoon, sirene) Voorste sabotage knop Interface connector naar huisautomatiseringsmodule...
4. Systeem programmering 4.1. Toetsen Menu navigatie In deze handleiding wordt uitgelegd hoe de iConnect vanaf het bedieningspaneel te programmeren. Dit paneel bevindt zich op de hoofdeenheid, of op het draadloze LCD- bedieningspaneel. Tabel 1 beschrijft hoe tijdens de programmering de toetsen van het bedieningspaneel te gebruiken.
1. De minimum afstand tussen de detectoren en het paneel moet 1,5 m zijn. 2. Zodra een detector uit het iConnect paneel is verwijderd, moet dit worden gevolgd door het iConnect paneel uit de detector te verwijderen. Als dit niet wordt gedaan, leidt dit per ontwerp tot een situatie van "geen sync".
Pagina 10
Stap 1: Een detector registreren Ga naar het hoofdmenu en selecteer [9]>[1]>[1] (Programmering > Apparaten > Zones) Gebruik de pijl toetsen om een specifieke zone te selecteren en druk op '√'. Het systeem start de Registratiemodus. Voer volgens de volgende methode een transmissie vanaf de detector uit: Open de behuizing van de detector (de sabotagesensor moet open zijn) Pas batterij voeding toe.
Met deze test kunnen zenders worden geïdentificeerd en kan hun signaalsterkte worden getest. Activeer de zender die u wilt testen; de details van de zender verschijnen op het iConnect display. Als resultaat klinken een reeks tonen die de signaalsterkte van de zender aangeven.
Pagina 12
Opmerking Een rood LED-lampje geeft een communicatieprobleem aan tussen de sleutelhanger en de hoofdeenheid. Als op het LCD-scherm van het besturingssysteem 'Opslaan?' verschijnt, drukt u op '√ʹ. Stap 2: Parameters van de sleutelhanger instellen Ga naar het hoofdmenu en selecteer [9]>[1]>[2] (Programmering > Apparaten >...
Draadloze LCD-bedieningspanelen Stap 1: Een draadloos bedieningspaneel registreren De iConnect ondersteunt tot vier draadloze LCD-bedieningspanelen. Ga naar het hoofdmenu en selecteer [9]>[1]>[3] (Programmering > Apparaten > bedieningspanelen) Selecteer het te registreren bedieningspaneel en druk op '√'. Het systeem start de Registratiemodus.
4.4.3. Draadloos apparaat verwijderen Een draadloos apparaat in de iConnect verwijderen, vereist twee stappen, zoals in Tabel 6 wordt beschreven. Te verwijderen Stap 1 Stap 2 apparaat Zone/detector Installatiemenu, 1.Open de detector sneltoets: 9>1>1>Zone 2.Haal de batterij eruit selecteren> 12>'√ʹ.
Programmeer een communicatie-interface voor een atie- aansluitnummer. interface Aansluitnummer 1: Selecteer GSM, LAN of GPRS (selecteer GPRS of LAN als u met ELAS verbinding maakt). Aansluitnummers 2-6: GSM of PSTN afhankelijk van iConnect versie 9>5>1>4 Tweeweg Schakel tweeweg audio-verificatie conversatie tussen het pand audio en meldkamer centralis in/uit.
Sneltoets Naam Beschrijving en opmerkingen optie 9>5>1>7 Aansluitnu Gebruikt om de back-upcommunicatie van het mmer 1: Aansluitnummer te definiëren. Selecteer of het Backup aansluitnummer Primair of Backup is. interface Aansluitnummer 1 is altijd primair. Als Aansluitnummer 1 als Aansluitnu IP-protocol is gedefinieerd, worden alle transmissies met mmers 2-6: behulp van de primaire definitie (GPRS of LAN) uitgevoerd.
2. Als het systeem op het ELAS-systeem is aangesloten, worden de tijd en datum automatisch bijgewerkt. Gebruikers instellen/bewerken De iConnect ondersteunt tot 32 individuele gebruikerscodes. Elke code bestaat uit vier cijfers. De mogelijkheid om een handeling uit te voeren, wordt door het autorisatie niveau van de gebruikerscode gedefinieerd.
Pagina 18
Code nr. Autorisatie- Beschrijving niveau 20-25 Niet Niet gecontroleerde codes registreren geen gebeurtenissen gecontroleerde berichten Beveiliging in-/uitschakelen naar de meldkamer codes 26-27 Beperkte codes Gecontroleerde codes met 24 uur geldigheidsduur. Dwangcode Ontworpen voor situaties waarin de gebruiker wordt gedwongen om het systeem te bedienen. Telecontrole- Ontworpen om de gebruiker via de telefoon een aantal taken code...
4.9. GPRS-instellingen Om de GPRS-communicatie in te stellen, gaat u als volgt te werk: Zorg dat de SIM-kaart in de communicatiemodule is geïnstalleerd. Opmerking Als op de communicatiemodule een nieuwe SIM-kaart moet worden geïnstalleerd en er wordt een PIN-code gebruikt, moet het, voordat de SIM-kaart in de GSM-module wordt geplaatst, in het besturingssysteem worden geprogrammeerd.
4.10. Met ELAS verbinding maken (GPRS/LAN-configuraties) De Electronics Line Application Server (ELAS) handelt alle communicatie tussen het systeem, de service-providers en webgebruikers af. Het maakt besturing en controle via het web of smartphone App mogelijk. De meeste internet instellingen zijn in de standaard instellingen van het besturingssysteem voorprogrammeerd.
Pagina 21
LCD-scherm Probleem-beschrijving Actie MEDIAVERLIES LAN-netwerk fout Controleer de netwerkverbinding naar de LAN-MODULE Ethernet-module MEDIAVERLIES GPRS-netwerk fout Controleer de locatie van de SIM-kaart. GPRS-MODULE Zorg dat het GPRS ondersteunt en controleer de SIM PIN-code. Controleer de APN-definities (Naam [95761], Gebruikersnaam [95762] en wachtwoord [95763]) STORING Storing bij de ethernet-...
Aan de iConnect kunnen tot 8 PIR-camera's worden toegewezen. In deze paragraaf worden de stappen beschreven voor het installeren van de PIR-cameradetectoren met de iConnect Registreer de PIR-camera net als andere detectoren (zie uitleg in de paragraaf over detectors registreren) Stel de PIR-cameraparameters zoals in het programmeringsmenu voor installatie 9>1>1>11 wordt gedefinieerd...
5. Het systeem testen Het is belangrijk dat u, voordat u de locatie verlaat, het systeem helemaal test. iConnect heeft diverse testprogramma's om te verifiëren dat het systeem, inclusief de draadloze communicatie, optimaal zal werken. Ga naar het hoofdscherm en druk op '√' Voer de installatiecode in.
Pagina 24
WAARSCHUWING: dit product moet ten minste eens per week worden getest. VOORZICHTIG: er bestaat een risico op explosie als de batterij met een onjuist type wordt vervangen. Gooi gebruikte batterijen volgens lokale reguleringen weg. Contact opnemen met Electronics Line 3000 Ltd. Internationaal hoofdkantoor: Electronics Line 3000 Ltd.