Geavanceerde opname-instellingen
Druk tweemaal op MENU om het hoofdmenu te openen. Selecteer Stel in > Vastleggen > Geavanceerde
instellingen.
Uitvoerindeling: Hiermee stelt u in dat de opname wordt opgeslagen als FIT- of GPX/FIT-bestand op het toestel
(Bestandstypen,
pagina 53). Met de optie FIT wordt uw activiteit vastgelegd met fitnessinformatie die is
toegesneden op de Garmin Connect
wordt uw activiteit vastgelegd als een traditioneel spoor dat op de kaart kan worden bekeken en kan worden
gebruikt voor navigatie, en als een activiteit met fitnessinformatie.
Auto opslaan: Hiermee stelt u een automatisch schema in voor het opslaan van uw opnamen. Zo kunt u uw
reizen organiseren en geheugenruimte besparen
Reis vastleggen: Hiermee kunt u de optie voor het vastleggen van reisgegevens instellen.
Herstel vastgel. geg.: Hiermee kunt u een optie voor het herstellen van gegevens instellen. Met de optie
Activiteit en reis worden de opname- en reisgegevens aan het eind van het actieve opname teruggezet op nul.
De optie Op verzoek vraagt u om de gegevens te selecteren die u wilt herstellen.
Instellingen voor automatisch opslaan
Druk tweemaal op MENU om het hoofdmenu te openen. Selecteer Stel in > Vastleggen > Geavanceerde
instellingen > Auto opslaan.
Indien vol: Slaat de huidige opname automatisch op en start een nieuwe wanneer de huidige opname bijna
20.000 spoorpunten is.
Dagelijks: Slaat de opname van de vorige dag automatisch op en start een nieuwe wanneer u het toestel op een
nieuwe dag inschakelt.
Wekelijks: Slaat de opname van de vorige week automatisch op en start een nieuwe wanneer u het toestel in
een nieuwe week inschakelt.
Automatisch: Slaat de huidige opname automatisch op op basis van de lengte en het aantal genomen
spoorpunten.
Nooit: Slaat de huidige opname nooit automatisch op. Wanneer de huidige opname bijna 20.000 spoorpunten
nadert, filtert het toestel het actieve spoor om overbodige punten te verwijderen terwijl de vorm en
geschiedenis van de opname behouden blijven. Ongefilterde punten worden opgeslagen in een tijdelijk GPX-
en FIT-bestand dat wordt opgeslagen of verwijderd wanneer de opname stopt.
OPMERKING: Bij het importeren van FIT-activiteiten of GPX-tracks met meer dan 20.000 spoorpunten, filtert
het toestel de lijn zodat deze in het toestelgeheugen past en de prestaties van de kaarttekening verbetert,
terwijl de vorm en geschiedenis van de opname behouden blijven. De FIT- en GPX-bestanden behouden al
hun oorspronkelijke spoorpunten.
De huidige activiteit weergeven
Standaard begint het toestel automatisch met het registreren van uw pad als activiteit wanneer het wordt
ingeschakeld en satellietsignalen ontvangt. U kunt de registratie handmatig pauzeren en starten.
1 Druk tweemaal op MENU om het hoofdmenu te openen.
2 Selecteer Opnameknoppen.
3 Druk op
en
om een optie weer te geven:
• Selecteer
om de opname van de huidige activiteit te regelen.
• Als u gegevensvelden voor de activiteit wilt weergeven, selecteert u
• Als u de huidige activiteit op de kaart wilt weergeven, selecteert u
• Selecteer
om een hoogtegrafiek van de huidige activiteit weer te geven.
24
app en voor navigatie kan worden gebruikt. Met de optie FIT en GPX
™
(Instellingen voor automatisch opslaan,
pagina 24).
.
.
Navigatie