8
|
Configuratie
Uitgebreide handleiding voor de installateur
130
a Binnenunit
b Warmwateraansluiting op boiler
c Pomp voor warm tapwater (ter plaatse te voorzien)
d Douche (ter plaatse te voorzien)
e Inlaat op boiler
f Hercirculatie thermistor (EKTH2) (ter plaatse te voorzien)
g Watertoevoer
h Terugslagklep (ter plaatse te voorzien)
In geval van [E‑06]=1
Pomp voor warm tapwater geïnstalleerd voor...
Ogenblikkelijk warm water
a
b
a Binnenunit
b Tank
c Pomp voor warm tapwater (ter plaatse te voorzien)
d Verwarmingselement (ter plaatse te voorzien)
e Terugslagklep (ter plaatse te voorzien)
f Douche (ter plaatse te voorzien)
g Koud water
INFORMATIE
De correcte standaardinstelling voor warm tapwater wordt alleen van toepassing
wanneer de bediening van warm tapwater is geactiveerd ([E‑05]=1).
Thermostaten en externe sensoren
#
Code
[A.2.2.4]
[C-05]
f
c
g
Primair contact
In de regeling via een externe kamerthermostaat
moet het contacttype van de optionele
kamerthermostaat of warmtepompconvector
voor de primaire aanvoerwatertemperatuurzone
ingesteld worden.
▪
1 (Thermo AAN/UIT): De aangesloten externe
kamerthermostaat of warmtepompconvector
stuurt de vraag naar verwarming of koeling
door via het zelfde signaal, omdat het slechts
op 1 digitale ingang (voorbehouden voor de
primaire aanvoerwatertemperatuurzone) op de
binnenunit (X2M/1) is aangesloten. Selecteer
deze waarde in het geval van een aansluiting
op de warmtepompconvector (FWXV).
▪
2 (Verw/koel
aangesloten externe kamerthermostaat stuurt
een afzonderlijke vraag naar verwarming of
koeling door en is daarom aangesloten op de
2 digitale ingangen (voorbehouden voor de
primaire aanvoerwatertemperatuurzone) op de
binnenunit
(X2M/1
Selecteer deze waarde in het geval van een
aansluiting met een bedrade (EKRTWA) of
draadloze (EKRTR1) kamerthermostaat.
EVLQ05+08CAV3 + EHYHBH05AF + EHYHBH/X08AF + EHYKOMB33AA
Desinfectie
c
a
d
f
b
e
g
Beschrijving
vraag) (standaard): De
en
2)
aangesloten.
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P355634-1F – 2020.10