Installatiehandleiding en HXY080A8V1B Binnenunit voor VRV IV-Systeem gebruiksaanwijzing HXY125A8V1B Inhoud 9. De optionele EKBUHAA(6V3/6W1) verwarmingskit installeren..26 Pagina 10. Aan de gebruiker overhandigen..........26 1. Over de documentatie..............2 11. De unit bedienen..............27 1.1. Over dit document ................2 1.2. Bereik van de handleiding..............
(bovenop de instructies beschreven in de Daikin-documentatie). Laatste herzieningen van de meegeleverde documentatie kunnen op de regionale Daikin-website of via uw dealer beschikbaar zijn. OPGELET Draag gepaste persoonlijke beschermingsuitrustingen Algemene voorzorgsmaatregelen voor (beschermende...
2.2.2. Plaats van installatie 2.2.4. Water Voorzie voldoende ruimte rond de unit voor onderhoud en OPMERKING luchtcirculatie. Controleer of de kwaliteit van het water voldoet aan de Controleer of de plaats waarop de unit moet komen, bestand is EU-richtlijn 98/83 EC.
Maak het frontpaneel los. Ter plaatse te voorzien: Hef de onderkant van het frontpaneel op en verwijder het. Niet door Daikin gemaakte apparatuur/uitrustingen die met het product volgens aanwijzingen meegeleverde WAARSCHUWING documentatie gecombineerd mogen worden.
VRV IV-warmtepompunits lucht-water-inverter voor OPMERKING binnenunits van de HXY080/125-serie van Daikin. De EKRTR1-kamerthermostaat heeft een bijkomende Deze units zijn ontworpen om binnenshuis geplaatst te worden en elektrische voeding van 230 V wisselstroom nodig. bedoeld voor handelsgebouwen en openbare gebouwen.
Eens de vereisten inzake ruimteverwarming/koeling duidelijk zijn, 4.2.2. Mogelijke combinaties van binnenunit en buitenunit adviseert Daikin onderstaande in/opstellingsrichtlijnen te volgen. 5.2.1. Enkele kamer Buitenunit Vloerverwarming of warmtepompconvector – Kamerthermostaat...
Controleer of de extra ketel en zijn integratie in het Opstelling systeem voldoen aan de geldende wetgeving. Daikin is NIET verantwoordelijk voor foute of onveilige situaties in het systeem van de extra ketel. Zorg ervoor dat het retourwater naar de warmtepomp NIET warmer dan 45°C is.
6.1.1. Vereisten voor de plaats waar de binnenunit Installeer de unit NIET in een van de volgende plaatsen: geïnstalleerd wordt In de aanwezigheid van dampen van minerale olie, oliespray of -dampen. WAARSCHUWING De kwaliteit van de onderdelen in kunststof kan verminderen en Neem gepaste maatregelen om te voorkomen dat kleine ze kunnen van het toestel vallen of waterlekken veroorzaken.
6.2.2. Vereisten voor het watercircuit Wanneer ook niet koperen metalen leidingen gebruikt worden, isoleer dan het koper goed van het niet koper, zodat ze NIET Gebruik de binnenunit alleen in een gesloten waterinstallatie. met elkaar in contact kunnen komen. Dit, om galvanische Het systeem in een open waterinstallatie gebruiken zou corrosie te vermijden.
Minimum watervolume Voorbeeld: het maximum watervolume en de voordruk in het expansievat Controleer of het totale watervolume in de installatie minimum 20 liter bedraagt, waarbij het watervolume in de binnenunit NIET Hoogteverschil Watervolume inbegrepen is. in de ≤ 280 l >280 l installatie INFORMATIE...
6.3. De elektrische bedrading voorbereiden 6.3.2. Overzicht van de elektrische aansluitingen op de binnenunit 6.3.1. Over het voorbereiden van de elektrische bedrading De volgende afbeelding illustreert de nodige ter plaatse te voorziene bedrading. WAARSCHUWING Sluit correct op de aarde aan. Aard de unit NIET via ...
Installatie Lees eerst de aanwijzingen in vorige hoofdstuk vooraleer tot de installatie over te gaan. INFORMATIE De installatie dient door een installateur uitgevoerd te worden; de keuze van het materiaal en de installatie dienen te voldoen aan de toepasselijke wetgeving. In Europa dient de norm EN378 gehanteerd te worden.
Voor meer informatie over het vacumeren en de bediening van de 7.2.3. Het watercircuit vullen unit tijdens het vacumeren, zie de installatiehandleiding van de Sluit de watertoevoerslang aan op de aftap- en vulkraan. buitenunit. Voor meer informatie over de maten van de leidingen en het selecteren van refnet, zie de installatiehandleiding van de buitenunit.
7.3. De elektrische bedrading aansluiten INFORMATIE 7.3.1. Voorzorgsmaatregelen bij werk aan de elektrische "14.2. Bedradingschema" op pagina 41 voor meer bedrading informatie over de legende en de plaats waar het bedradingsschema in de unit gevonden kan worden. WAARSCHUWING: elektrische installatie Het bedradingschema op de binnenunit geldt alleen voor Alle lokale bedradingen en onderdelen moeten worden de binnenunit.
Bevestig de wandplaat van de gebruikersinterface op de frontplaat van de unit. "7.4.1. Het deksel van de gebruikersinterface op de X801M binnenunit bevestigen" op pagina 16 om de frontplaat te plaatsen. a Bundel voor kabels die lage spanningen voeren (zie "6.3.2.
De gebruikersinterface op de muur bevestigen in het geval van Hoe aansluiten voor meerdere units een installatie als kamerthermostaat INFORMATIE Snijd een 2-draadsgeleider af. Om meerdere units te bedienen, sluit de afstandsbediening Bevestig de wandplaat van de gebruikersinterface op de muur. aan op de unit zoals hierboven beschreven.
7.4.2. De binnenunit sluiten Beschadigde onderdelen Controleer de binnenkant van de unit op beschadigde Sluit het deksel van de schakelkast. onderdelen of platgedrukte leidingen. Plaats het frontpaneel zoals hieronder afgebeeld. Koelmiddellek OPMERKING Controleer de binnenkant van de unit op koelmiddellekken. Wanneer u het deksel van de binnenunit sluit, let op dat Indien het koelmiddel lekt, tracht de lek te herstellen (aftappen, u het aanhaalkoppel 4,1 Nm NIET overtreft.
8.3.1. Werkwijze OPMERKING Ga als volgt te werk om één of meer lokale instellingen te wijzigen. Bij het doorlopen van de lokale instellingen zult u misschien merken dat er meer lokale instellingen zijn dan in "8.4. Lokale instellingen voor de installatiehandleiding" op pagina 22 aangegeven.
Pagina 21
[0-03] Status: bepaalt of AAN/UIT in de weektimer voor Methode 2 Ruimteverwarming op basis van AAN/UIT ruimteverwarming kan worden gebruikt. Tijdens de Wanneer de weektimer de ruimteverwarming UIT Raadpleeg de gebruiksaanwijzing voor meer informatie over het werking schakelt, wordt de controller uitgeschakeld (bedrijfs-led programmeren van de weektimer.
Pagina 22
[1] Niet bruikbare instellingen [2] Automatische terugstelfunctie De terugstelfunctie biedt de mogelijkheid om de kamertemperatuur te verlagen. De terugstelfunctie kan bijvoorbeeld 's nachts worden Lo_Ti geactiveerd omdat de temperatuurvereisten 's nachts en overdag niet + 05 dezelfde zijn. Shift value Hi_Ti INFORMATIE –...
Pagina 23
bedrijfsmodus unit wordt geregeld [9-03] Compensatiewaarde aanvoerwatertemperatuur voor de hoofdafstandsbediening van de VRV-DX-binnenunit. koeling. [6-02] Optie Verwarmingskit. [9-04] Niet bruikbare instelling. Om de verwarmingskit als optie van de HXY(080/125)- [A] Optie instellen warmtepomp in te schakelen, wijzig lokale instelling [6-02]=1 (de [A-00] Niet bruikbare instelling.
8.4. Lokale instellingen voor de installatiehandleiding Instelling installateur verschilt van standaardwaarde Eerste Tweede Standaard– code code Naam instelling Datum Waarde Datum Waarde waarde Bereik Stap Unit Instelling afstandsbediening Gebruikertoegangsniveau. — Compensatiewaarde kamertemperatuur. –5~5 °C Niet van toepassing. Verander de standaardwaarde niet. —...
Pagina 25
Instelling installateur verschilt van standaardwaarde Eerste Tweede Standaard– code code Naam instelling Datum Waarde Datum Waarde waarde Bereik Stap Unit Instelling optie Niet van toepassing. Verander de standaardwaarde niet. — — — Niet van toepassing. Verander de standaardwaarde niet. — —...
8.5. Eindcontrole en proefdraaien Stand temperatuuruitlezing De actuele temperaturen kunnen op de gebruikersinterface worden 8.5.1. Eindcontrole weergegeven. Lees de volgende punten vooraleer u de unit inschakelt: Houd de -knop 5 seconden ingedrukt. Controleer of alle panelen van de unit gesloten zijn nadat de ...
8.6. Reparatie en onderhoud 8.6.2. Storingscodes Storingscode Oorzaak van de storing Wat te doen Om een optimale werking van de unit te verzekeren moet u op Fout bij schrijven Neem contact op met uw dealer. geregelde tijdstippen de unit en de lokale bedrading controleren. naar geheugen (EEPROM-storing).
De optionele EKBUHAA(6V3/6W1) 10. Aan de gebruiker overhandigen verwarmingskit installeren Als het proefdraaien voltooid is en de unit goed en op de juiste manier werkt, zorg ervoor dat de gebruiker de volgende zaken goed De als optie verkrijgbare verwarmingskit kan geplaatst worden om de begrijpt: warmtepomp tijdens het verwarmen bij te staan of om als ...
11. De unit bedienen 11.2.1. Ruimtekoeling/-verwarming Bevestig de bedrijfsmodus Gelieve eerst hoofdstukken 1 en 2 te lezen vooraleer dit hoofdstuk te verwarming of koeling raadplegen. Druk op de - of -knop WAARSCHUWING Controleer eerst of de installatie van de unit goed door een installateur werd uitgevoerd vooraleer deze unit te gebruiken.
11.3.1. Met de gebruikersinterface werken DAG VAN DE WEEK-INDICATOR Deze indicator geeft de dag van de week weer. Met de gebruikersinterface kunt u uw installatie volledig controleren De indicator geeft de ingestelde dag weer wanneer u de en bedienen. Met de afstandsbediening kunt u alle verwarmings- weektimer raadpleegt of programmeert.
19 TEMPERATUURPICTOGRAM 11.3.3. Instellen van de controller Dit pictogram staat op het display wanneer de huidige Na de initiële installatie kan de gebruiker de klok en dag van de week kamertemperatuur of het instelpunt van de kamertemperatuur instellen. wordt weergegeven. Het pictogram verschijnt ook wanneer het temperatuurinstelpunt De controller is uitgerust met een weektimer waarmee de gebruiker is ingesteld in de programmeerstand van de weektimer.
Ruimtekoeling selecteren Druk op de -knop om de ruimteverwarming AAN/UIT te zetten ( ). Druk op de -knop om de ruimtekoeling AAN/UIT te Het pictogram verschijnt op het display samen met het schakelen ( ). overeenkomstige instelpunt eigenlijke Het pictogram verschijnt op het display, samen met de kamertemperatuur.
Pagina 33
regeling basis aanvoerwatertemperatuur Stel de omschakelwaarde in met de - en (standaard) knoppen. Bereik voor de omschakelwaarde: –5°C tot +5°C In deze stand wordt het verwarmen geactiveerd volgens de vereisten Het pictogram staat op het display zolang de werking op van het instelpunt van de watertemperatuur.
De terugstelfunctie wordt geconfigureerd in de lokale instellingen. Zie 11.3.8. Werking via de weektimer hoofdstuk "8.3. Lokale instellingen" pagina 17 voor In de werking via de weektimer bedient de weektimer de installatie. gedetailleerde beschrijving van het instellen van één of meerdere De in de weektimer geprogrammeerde acties worden automatisch lokale instellingen.
Pagina 35
Voorbeeld: Weektimer op basis van temperatuurinstelpunten Voorbeeld: Weektimer op basis van AAN/UIT Wanneer de terugstelfunctie geactiveerd is, heeft de terugstelwerking Wanneer de terugstelfunctie geactiveerd is, heeft de terugstelwerking voorrang op de geplande actie in de weektimer. voorrang op de geplande actie in de weektimer als AAN actief is. Als UIT actief is, heeft dit voorrang op de terugstelfunctie.
11.3.10. Weektimer programmeren en raadplegen De ruimtekoeling wordt als volgt geprogrammeerd: Eerste stappen INFORMATIE Het programmeren van de weektimer is flexibel (u kunt op ieder Druk op de -knop om terug te keren naar vorige gewenst ogenblik geprogrammeerde acties toevoegen, verwijderen stappen programmeerprocedure zonder...
Pagina 37
Ruimteverwarming programmeren De ruimteverwarming wordt als volgt geprogrammeerd: INFORMATIE Druk op de -knop om terug te keren naar vorige stappen programmeerprocedure zonder gewijzigde instellingen op te slaan. Druk op de -knop om naar de programmeer-/weergavestand te gaan. Selecteer de werkingsstand die u wilt programmeren met behulp van de - en -knoppen.
Geprogrammeerde acties raadplegen Eén of meer geprogrammeerde acties wissen Acties voor ruimteverwarming/-koeling raadplegen Eén of meer geprogrammeerde acties wissen gebeurt tegelijk met het opslaan van de geprogrammeerde acties. De raadpleging van ruimtekoeling of ruimteverwarming verloopt als volgt. Wanneer alle acties voor één dag zijn geprogrammeerd, moet op het display het hoogste actienummer staan dat u wilt opslaan.
11.4. Lokale instellingen OPMERKING Wijzigingen in een specifieke lokale instelling worden pas OPMERKING opgeslagen wanneer op de -knop wordt gedrukt. Door De standaardwaarden in "8.3. Lokale instellingen" op te navigeren naar een nieuwe lokale instelcode of door te pagina 17 zijn waarden die in de fabriek werden ingesteld.
11.5. Lokale instellingen voor de gebruiksaanwijzing Instelling installateur verschilt van standaardwaarde Eerste Tweede Standaard– code code Naam instelling Datum Waarde Datum Waarde waarde Bereik Stap Unit Instelling afstandsbediening — Instelling afhankelijk van installatie –5~5 °C Instelling afhankelijk van installatie Niet van toepassing. Verander de standaardwaarde niet. —...
Pagina 41
Instelling installateur verschilt van standaardwaarde Eerste Tweede Standaard– code code Naam instelling Datum Waarde Datum Waarde waarde Bereik Stap Unit Instelling optie Niet van toepassing. Verander de standaardwaarde niet. — — — Niet van toepassing. Verander de standaardwaarde niet. — —...
Dit onderhoud moet worden uitgevoerd a b c door uw plaatselijke Daikin-technicus (zie installatiehandleiding). Het enige onderhoud dat de operator eventueel moet uitvoeren is: de gebruikersinterface schoon houden met een zachte vochtige ...
14.3. Elektrische componentenkast Verwarming 20/16 -7/-8 -20/X a Buitentemp. (°CDB/WB) b Binnen (AWC°C) c Opwarmzone d Normaal werkingsbereik 14.5. ESP-curve 95.0 90.0 85.0 80.0 75.0 70.0 65.0 a A1P: hoofdprintplaat 60.0 b A3P: printplaat van de regeling 55.0 c A4P: optionele vraag-printplaat 50.0 d X2M: aansluitklemmenstrook e X1M: aansluitklemmenstrook...