1 MONITOR
1-1 Monitor
1-1-1 Monitormodus-scherm
Monitormodus-scherm is het thuis-scherm van deze unit.
(a)
(d)
Kantoor
Modus
26.0
26.0
(i)
Koelen
(c)
(i)
(a) R.C. Groepsnaam:
Naam van de afstandsbedieninggroep waarop deze unit
is aangesloten. Raadpleeg [3 INSTELLING] →
[3- 9 Initialiseren] → [3- 9- 4 R.C. Groep Naam].
(b) Klok:
Raadpleeg [3 INSTELLING] → [3- 9 Initialiseren] →
[3- 9- 2 Datum Instellen].
(c) Modus:
Wanneer dit wordt aangeraakt, schakelt het display over
naar het „Modus"-scherm. Raadpleeg [2 BEDIENING] → [2- 2
Bedieningsinstellingen] → [2- 2- 1 Stel de Werkingsstand in].
(d) Temperatuur:
Wanneer dit wordt aangeraakt, schakelt het display over
naar het temperatuurinstellingsscherm. Raadpleeg [2
BEDIENING] → [2- 2 Bedieningsinstellingen] → [2- 2- 2
Stel de Temperatuur in].
Wanneer de bedieningsmodus
is ingesteld op [(Custom) Auto],
wordt de ingestelde temperatuur
voor koelen en verwarmen weer-
gegeven.
(e) Ventilatie:
Wanneer dit wordt aangeraakt, schakelt het display over
naar het instelscherm van de ventilatorsnelheid. Raad-
pleeg [2 BEDIENING] → [2- 2 Bedieningsinstellingen] →
[2- 2- 3 Stel de Ventilatorsnelheid in].
(f)
RuimteTemp.:
De omgevingstemperatuur die door deze unit wordt gedetec-
teerd wordt weergegeven. Raadpleeg [3 INSTELLING] →
[3- 9 Initialiseren] → [3- 9- 7 Scherm symb. Instel.].
(g) Menu:
Wanneer dit wordt aangeraakt, schakelt het display over
naar het „Menu"-scherm. Raadpleeg [3 INSTELLING].
(h) Status:
Wanneer dit wordt aangeraakt, schakelt het display over
naar het „Status"-scherm. Raadpleeg [1- 1- 2 Status-
weergave].
(i)
Statuspictogrammen:
Er is een fout opgetreden. Raadpleeg [1- 1- 2 Sta-
tusweergave] → < Foutinformatiescherm >.
Bediening vanaf deze unit is niet toegestaan door de
centrale regelaar. Raadpleeg [1- 1- 2 Statusweergave].
Mode Mismatch. De functie die niet gelijktijdig kan
werken is geselecteerd. Raadpleeg [1- 1- 2 Status-
weergave].
Nl-5
(i)
(b)
Vr. 10:00AM
Temperatuur
Ventilatie
Auto
°C °C
26.0°C
26.0°C
Ruimte Temp.
Status
Menu
(h)
(g)
Temperatuur
Koelen
Verw.
(e)
Voor de schermweergave gebruikt dit product een Bitmap-let-
tertype gemaakt en ontwikkeld door Ricoh Company, Ltd.
(f)
Tijdens de wissel cyclus instellen ziet de monitorstand er
anders uit dan hieronder weergegeven.
Zie [3 Instelling] → [3-9 Initialiseren] → [3-9-8 Wissel cyclus Instel-
len] voor bijzonderheden over de werking van wissel cyclus instellen.
(a) R.C. Groepsnaam:
„Wissel cyclus instellen" wordt getoond.
(c) Modus:
U kunt de bedieningsmodus niet wijzigen tijdens de
werking wissel cyclus instellen. Het scherm beweegt niet,
zelfs niet als u het hier aanraakt.
(g) Menu:
Wanneer dit wordt aangeraakt, schakelt het display over
naar het scherm „Wissel cyclus Instellen".
(h) Status:
Het wordt niet weergegeven.
(i) Statuspictogrammen:
1-1-2 Statusweergave
De instellingsstatus van de afstandsbediening en binneneen-
heid worden weergegeven.
Raak [Status] aan op het monitor-
modus-scherm. „Status"-scherm
28.0°C
28.0°C
wordt weergegeven.
20.0°C
20.0°C
Het „Status"-scherm heeft 2, 3 of 4 pagina's die worden
geschakeld door [Volgende pg] of [Vorige pg] aan te raken.
Wanneer de [Monitor] wordt aangeraakt, keert het scherm
terug naar het monitormodus-scherm.
(*: Items die niet door de binneneenheid worden ondersteund
worden niet weergegeven.)
< Pagina 1 >
• Luchtstroom*:
De instelling van de richting van de luchtstroom wordt weer-
gegeven. De instelling verschijnt alleen voor binneneenheden
die de luchtstroomrichtingen kunnen instellen. Tijdens com-
fortabele instelling uitblaas wordt [Comfort] weergegeven.
„Individueel" wordt alleen weergegeven wanneer deze afstands-
bediening is aangesloten op de binneneenheid die de geschikte
functie ondersteunt. Wanneer de instelling is uitgevoerd, wordt
[ ✓ ] weergegeven. Raadpleeg [3 INSTELLING]→[3- 3 Instelling
luchtstroomrichting]→[3- 3- 3 Individuele instellen].
• Comfort*:
AAN of UIT van de comfort-instelling wordt weergegeven.
De Aan-timer, Uit-timer of Auto Uit-timer is ingesteld.
Raadpleeg [3 INSTELLING] → [3- 4 Instellen programma].
De wekelijkse timer is ingesteld. Raadpleeg [3 IN-
STELLING] → [3- 5 Instellen weekprogramma].
De automatische retourinstelling van de ingestelde tem-
peratuur is ingesteld. Raadpleeg [3 INSTELLING] →
[3- 6 Extra Instellingen] → [3- 6- 2 Herstel instel temp.].
Dit geeft aan dat het tijd wordt dat u het filter
schoonmaakt. Raadpleeg [3 INSTELLING] → [3- 10
Onderhoud] → [3- 10- 3 Reset Filter Alarm].
De temperatuursensor van deze unit wordt gebruikt.
Raadpleeg [3 INSTELLING] → [3- 9 Initialiseren] →
[3- 9- 5 R.C. Sensorinstelling].
licht op als er een fout is opgetreden.
knippert tijdens de Uitsteltijd.
Status
Luchtstroom
Verticaal
Comfort
Individueel
Comfort
Eco
Aan
Aan
Volgende
Monitor
pg
Vr. 10:00AM
Modus
Temperatuur
Ventilatie
26.0
26.0
Koelen
Auto
°C °C
Status
Menu
Pagina 1/ 4
Horiz.
Comfort
Individueel
Anti-Vorst
Aan
Storing