4 BEDIENINGSTIPS
4-1 Selecteerbare modi (voor VRF-systeem)
Er zijn beperkingen met betrekking tot de selecteerbare modi,
afhankelijk van de systeemconfiguratie en werkingsstatus.
4-1-1 Warmtewinningssysteem
(a) Wanneer één binneneenheid is aangesloten op een RB-
unit Kunnen alle modi worden geselecteerd.
(b) Wanneer een master-binneneenheid is ingesteld in
een RB-groep, kan alleen de geselecteerde in de mas-
ter-binneneenheid (*1) worden gebruikt. (* 1: „Ventilatie"
kan niet worden geselecteerd bij de binneneenheid met
inbegrip van de master-binneneenheid.)
(c) Wanneer een master-binneneenheid niet is ingesteld in
de RB-groep, raadpleeg de onderstaande tabel.
Status
Andere binneneenheid is in
koelingswerking.
Andere binneneenheid is in
ontvochtigingswerking.
Andere binneneenheid is in
verwarmingswerking.
Andere binneneenheid is in
antivrieswerking.
4-1-2 Wanneer binneneenheden zijn aangesloten
voor alleen koelen in warmtewinningssysteem
(a) Raadpleeg de volgende tabel:
Status
Te allen tijde
4-1-3 RB-prioriteitsaansluiting in warmtewinningssysteem
(a) Voor binneneenheden of RB-groepen door RB-prioriteit-
saansluiting, raadpleeg de volgende tabel:
Status
Koelingsprioriteit wordt inge-
steld door externe input.
Verwarmingsprioriteit wordt
ingesteld door externe input.
4-1-4 Warmtepompsysteem
(a) Raadpleeg de volgende tabel:
Status
Andere binneneenheid is in
koelingswerking.
Andere binneneenheid is in
ontvochtigingswerking.
Andere binneneenheid is in
verwarmingswerking.
Andere binneneenheid is in
antivrieswerking.
(b) Wanneer een master-binneneenheid is ingesteld in een
koelsysteem, kan alleen de geselecteerde in de mas-
ter-binneneenheid (*2) worden gebruikt. (* 2: „Ventilatie"
kan niet worden geselecteerd bij de binneneenheid met
inbegrip van de master-binneneenheid.)
Selecteerbaar
Niet selecteerbaar
Koelen,
Auto of Custom Auto,
Drogen
Verwarmen, Ventilatie
Koelen,
Auto of Custom Auto,
Drogen
Verwarmen, Ventilatie
Verwarmen Auto of Custom Auto,
Koelen, Drogen, Venti-
latie
Verwarmen Auto of Custom Auto,
Koelen, Drogen, Venti-
latie
Selecteerbaar
Niet selec-
teerbaar
Auto of Custom Auto,
Verwar-
Koelen, Drogen, Venti-
men
latie
Selecteerbaar
Niet selecteerbaar
Koelen,
Auto of Custom Auto,
Drogen
Verwarmen, Ventilatie
Verwarmen Auto of Custom Auto,
Koelen, Drogen, Venti-
latie
Selecteerbaar
Niet selecteerbaar
Koelen,
Auto of Custom Auto,
Drogen
Verwarmen, Ventilatie
Koelen,
Auto of Custom Auto,
Drogen
Verwarmen, Ventilatie
Verwarmen Auto of Custom Auto,
Koelen, Drogen, Venti-
latie
Verwarmen Auto of Custom Auto,
Koelen, Drogen, Venti-
latie
4-1-5 Buiteneenheid prioriteitsaansluiting in
warmtepompsysteem
(a) Raadpleeg de volgende tabel:
Status
Koelingsprioriteit wordt inge-
steld door externe input.
Verwarmingsprioriteit wordt
ingesteld door externe input.
4-2 Verificatiescherm wanneer instelling
voltooid is
Het verificatiescherm dat wordt
weergegeven wanneer een instel-
ling voltooid is, wordt ongeveer 3
seconden weergegeven. Wanneer
dit scherm wordt aangeraakt,
schakelt het display over naar het
volgende scherm.
4-3 Instelbare temperatuurbereik
Het instelbare temperatuurbereik door bedieningsstand en
instelling van de binneneenheid wordt in onderstaande tabel
getoond.
Koelen/Dro-
18 tot 30°C (64 tot 88°F) of
gen*
20 tot 30 °C (68 tot 88 °F)
VRF-systeem: 10 tot 30 °C (48 tot 88 °F)
Verwarmen
Ander systeem: 16 tot 30 °C (60 tot 88 °F)
Hetzelfde als het bovengenoemde bereik, maar er
Custom Auto
zijn temperaturen die niet door de deadband kunnen
worden ingesteld.
18 tot 30°C (64 tot 88°F) of
Auto*
20 tot 30 °C (68 tot 88 °F)
OPMERKING
* De ondergrens van de insteltemperatuur verschilt afhan-
kelijk van de plaats waar het apparaat wordt gebruikt.
Selecteerbaar
Niet selecteerbaar
Koelen,
Auto of Custom Auto,
Drogen
Verwarmen, Ventilatie
Verwarmen Auto of Custom Auto,
Koelen, Drogen, Venti-
latie
(Voorbeeld van het scherm)
Aan Schakeling
Wijziging Instelling
Nl-24