6.10.2 Plaatsen glasraam
Het plaatsen van het glasraam gaat in omgekeerde volgorde van het verwijderen zoals hierboven is beschreven.
!Let op - Vermijd/verwijder vingerafdrukken op de ruit omdat deze inbranden;
- Draai de parkers niet te vast ter voorkoming van afbreken en / of doldraaien: vast=vast;
- Vervang de fi xeerstrip als het afdichtingskoord heeft losgelaten.
Neem de volgende aanwijzingen in acht bij het terugplaatsen:
➠
Controleer eerst of de beide fi xeerstrippen zover mogelijk naar buiten zijn gedrukt om te voorkomen dat het afdich-
tingskoord wordt beschadigd.
➠
Plaats het glasraam terug.
➠
Controleer of de haak aan de bovenkant van het glasraam in de zitting / U-vormige strip ligt.
!Tip
Probeer het glasraam met de bovenste handgreep naar u toe te trekken: als dit niet lukt, is het glasraam goed terug-
geplaatst.
!Let op Zet de onderste strip van het glasraam weer vast met de 4 parkers.
➠
Duw de beide onderste wiggen omlaag.
➠
Duw de bovenste wiggen omhoog zodat beide fi xeerstrippen met het afdichtingskoord tegen de ruit drukken.
➠
Draai vervolgens de parker bij elke wig vast.
!Let op Druk tijdens het vastdraaien de wig aan met uw hand.
➠
Draai vervolgens de middelste parker van beide fi xeerstrippen vast.
➠
Plaats de horizontale sierstrip.
➠
Plaats de verticale sierstrippen.
7.
Draadloze afstandsbediening
Zie de Gebruikershandleiding, hoofdstuk 4, Draadloze afstandsbediening, voor de bediening van het toestel.
De draadloze afstandsbediening bestaat uit een afstandsbediening en een ontvanger.
Het aansluiten van de ontvanger staat hieronder beschreven; de werking van de draadloze afstandsbediening wordt
verder toegelicht in de Gebruikershandleiding, hoofdstuk 4, 4.2 Afstandsbediening
7.1 Ontvanger
De ontvanger moet op het toestel worden aangesloten voordat de batterijen worden geplaatst.
Ga hiervoor als volgt te werk (zie
➠
Sluit de bruine stekker van het aansluitsnoer aan op de ontvanger (zie
➠
Sluit de witte stekker aan op het gasregelblok.
!Tip
De stekkers hebben verschillende maten die corresponderen met de connectoren.
➠
Sluit de kabels van thermokoppel 1 aan op de ontvanger (zie
!Tip
- De grootte van het oog correspondeert met de grootte van de schroef;
- De kleur van oog en schroef correspondeert eveneens.
➠
Sluit de zwarte draad met de witte stekker van thermokoppel 2 aan op de ontvanger (zie
!Let op Zorg ervoor dat de draden van thermokoppel 2 vrij liggen van delen die warm worden.
➠
Sluit de ontstekingskabel aan op de ontvanger; (zie
➠
Sluit de voeding aan:
a) Bij gebruik van batterijen zie hieronder paragraaf 7.1.1;
b) Bij gebruik van een adapter:
- sluit deze aan op de ontvanger;(zie
- steek de stekker in het stopcontact.
➠
Plaats de ontvanger in het bedieningskastje:
- Plaats de ontvanger zoals aangegeven op
➠
Buig de antenne uit de clips; zie
➠
Zet de antenne rechtop.
NL
16
Foto
21):
Foto 21
Foto 21
, pijl A);
Foto 21
, pijl C);
Foto 22
;
Foto 21
, pijl D;
M
70 -
E T R O
I N S TA L L AT I E H A N D L E I D I N G
Foto 21
, pijl F).
, pijlen B).
Foto 21
, pijl E).