4.3 Warm- en koudwateraansluiting
De warm- en koudwateraansluitingen zijn uitgevoerd
met een 3/4" buitendraad aansluiting. Sluit de warmwa-
teraansluiting en de koudwateraansluiting van het toe-
stel aan op de waterleiding. In de koudwaterleiding dient
een goedgekeurde inlaatcombinatie te worden opgeno-
men. De CWK 245/3 is af-fabriek voorzien van een
waterhoeveelheidsbegrenzer met een nominale doorlaat
van 6,5 l/min.
Aanwijzing!
Bij montage van de koudwaterleiding dient de
stromingssensor met een steeksleutel (SW 17)
worden tegengehouden tegen het meedraaien
van de stromingssensor.
Afb. 4.2 Warm- en koudwateraansluiting
4.4 cv-aansluiting
De aansluitingen voor de cv-installatie zijn uitgevoerd in
koperen pijp met een 3/4" buitendraadaansluiting. Sluit
de cv-aanvoer en de cv-retour van het toestel aan op de
cv-installatie. Het is voor servicewerkzaamheden aan te
bevelen om afsluiters te monteren tussen het toestel en
de cv-installatie. In de cv-installatie moet een expansie-
vat en een veiligheidsoverstortventiel afgesteld op 300
kPa (3bar) worden opgenomen. Indien de cv-installatie
is voorzien van thermostatische radiatorventielen moet
rekening gehouden worden met een minimale doorstro-
ming van 550 l/uur door het toestel. Monteer hiervoor
zo ver mogelijk van het toestel vandaan een automati-
sche drukverschilregelaar (bypass-ventiel) of een ther-
mostatisch driewegventiel in de installatie. Het is verbo-
den chemische middelen aan het cv-water toe te voe-
gen. De CWK 245/3 is niet geschikt voor gebruik in cv-
Gas-wandketel CWK 245/3
installaties met een "open" expansievat. Gebruik bij
vloer- of wandverwarming een hydraulisch neutrale vlo-
erverwarmingset met zuurstofdiffusiedichte VPE-c slan-
gen of slangen met een metalen ommanteling. Is dit niet
mogelijk dan moet een systeemscheiding met een exter-
ne warmtewisselaar worden toegepast om het toestel te
Afb. 4.3 CV-aansluiting
beschermen tegen vervuiling door corrosieproducten uit
de cv-installatie.
Installatie 4
13