2.3
Fundamentele veiligheidsinstructies
Neem bij de bediening van het geoTHERM plus warmte-
pompsysteem de volgende veiligheidsinstructies en
voorschriften in acht.
> Laat u door uw installateur uitvoerig uitleggen hoe
het warmtepompsysteem bediend moet worden.
> Neem deze gebruiksaanwijzing volledig door.
> Voer de werkzaamheden uit die in deze gebruiksaan-
wijzing beschreven zijn.
Warmtepompsysteem veilig gebruiken
De installatie, inspectie, het onderhoud en de reparatie
van het warmtepompsysteem mogen alleen door een
erkende installateur uitgevoerd worden. Hierbij moet hij
de bestaande voorschriften, regels en richtlijnen in acht
nemen.
Vooral werkzaamheden aan de elektrische delen en aan
het koelmiddelcircuit vereisen de nodige kwalificatie.
Het warmtepompsysteem (binnen- en buiteneenheid)
moet met uitzondering van onderhoudswerkzaamheden
met gesloten mantel gebruikt worden.
Anders kan het, bij ongunstige bedrijfsomstandigheden,
tot levensgevaar of materiële schade komen.
Explosies en verbrandingen vermijden
De brijnvloeistof ethanol is als vloeistof en damp licht
ontvlambaar. De vorming van explosieve damp-/lucht-
mengsels is mogelijk.
> Houd hitte, vonken, open vuur en hete oppervlakken
uit de buurt.
> Zorg bij het per ongeluk vrijkomen voor voldoende
ventilatie.
> Vermijd de vorming van damp-/luchtmengsels. Houd
vaten met brijnvloeistof gesloten.
> Neem het bij de brijnvloeistof gevoegde veiligheidsge-
gevensblad in acht.
Aan componenten van de warmtepomp (binneneenheid)
kunnen hoge temperaturen ontstaan.
> Neem geen ongeïsoleerde buisleidingen van de volle-
dige CV-installatie vast.
> Verwijder geen manteldelen.
Brandwonden vermijden
De brijnvloeistoffen ethanol en ethyleenglycol zijn scha-
delijk voor de gezondheid.
> Vermijd huid- en oogcontact.
> Draag handschoen en veiligheidsbril.
> Vermijd inademen en inslikken.
> Neem het bij de brijnvloeistof gevoegde veiligheidsge-
gevensblad in acht.
Gebruiksaanwijzing geoTHERM plus 0020106303_01
Veiligheidsinstructies 2
Bevriezingen vermijden
De warmtepomp (binneneenheid) wordt met een
bedrijfsvulling van het koelmiddel R 407 C geleverd. Dit
is een chloorvrij koelmiddel dat de ozonlaag van de
aarde niet beïnvloedt. R 407 C is niet brandgevaarlijk en
er bestaat geen explosiegevaar.
Lekkend koelmiddel kan bij het aanraken van het lek tot
bevriezingen leiden.
> Als koelmiddel lekt, geen componenten van de warm-
tepomp aanraken.
> Adem dampen of gassen die bij lekken uit het koel-
middelcircuit lekken, niet in.
> Vermijd huid- of oogcontact met het koelmiddel.
> Roep bij huid- of oogcontact met het koelmiddel een
arts.
Verwondingen vermijden
De lucht aan de uitblaaszijde van de buiteneenheid is
kouder dan de omgevingstemperatuur. In de zone van
de uitblaaszijde kan het bij temperaturen onder 5 °C tot
ijsvorming komen. Bij ijzelvorming bestaat glijgevaar.
> Let op mogelijke ijsvorming voor de uitblaaszijde van
de buiteneenheid.
> Zorg ervoor dat aan de uitblaaszijde van de buiten-
eenheid geen personen gevaar kunnen lopen.
Verwondingen als gevolg van ondeskundige
veranderingen vermijden
Voor veranderingen aan het warmtepompsysteem of in
de omgeving moet u een erkend installateur erbij halen.
Ondeskundige veranderingen aan het warmtepompsy-
steem en in de omgeving ervan kunnen een onveilige
werking en hierdoor gevaren tot gevolg hebben.
> Vernietig of verwijder geen loodjes en beveiligingen
van componenten. Enkel erkende installateurs en de
servicedienst van de fabriek zijn bevoegd om verze-
gelde en geborgde onderdelen te veranderen.
Het veranderingsverbod geldt voor:
– het warmtepompsysteem,
– de omgeving van het warmtepompsysteem,
– de toevoerleidingen voor water en stroom.
> Voer in geen geval zelf ingrepen of veranderingen aan
het warmtepompsysteem of andere delen van de ver-
warmings- en warmwaterinstallatie uit.
> Voer achteraf geen bouwkundige veranderingen uit
die een vermindering van het ruimtevolume of een
wijziging van de temperatuur aan de opstellingsplaats
van de binneneenheid tot gevolg hebben.
5