LET OP!
Voor u met de opbouw begint, dient u eerst in alle rust deze opbouwhandleiding tot aan het
eind door te lezen, voordat u het bouwpakket of de kant-en-klare module in gebruik neemt
(vooral het hoofdstuk over mogelijke fouten en het verhelpen ervan!) en uiteraard de
veiligheidsaanwijzingen. U weet dan, waar het op aankomt en waar u op moet letten en u
vermijdt daardoor vooraf fouten, die soms slechts met veel moeite weer verholpen kunnen
worden!
Voer de solderingen en bedradingen absoluut netjes en precies uit, gebruik geen zuur-
houdend soldeertin, soldeervet of dergelijke. Overtuig u ervan dat er geen koude soldeerplek
aanwezig is. Want een slordige of slechte soldeerplek, een loszittend contact of een slechte
opbouw betekenen tijdrovend zoeken naar fouten en onder bepaalde omstandigheden het
vernielen van onderdelen, wat vaak een kettingreactie tot gevolg heeft, waardoor het gehele
bouwpakket vernield wordt.
Bedenk ook dat bouwpakketten die met zuurhoudend soldeertin, soldeervet e.d. gesoldeerd
zijn, door ons niet gerepareerd worden.
Bij het in elkaar zetten van elektronische schakelingen wordt een basiskennis over de
behandeling van de componenten, het solderen en het omgaan met elektronische resp.
elektrische onderdelen verondersteld.
Algemene aanwijzing voor het in elkaar zetten van een schakeling
De mogelijkheid, dat na het in elkaar zetten iets niet functioneert, kan door precies en netjes
te werken drastisch verminderd worden. Controleer elke stap, elke soldeerplek twee keer,
voor u verder gaat! Houdt u aan de handleiding! Voer de daar beschreven stap niet anders
uit en sla niets over! Vink elke stap dubbel af: eenmaal voor het monteren, eenmaal voor het
controleren.
Neem in ieder geval de tijd ervoor: knutselen is geen akkoordwerk, want de hier gebruikte tijd
is drie keer zo klein als die voor het zoeken naar fouten.
Een veel voorkomende oorzaak voor het niet functioneren is een montagefout, bijv. verkeerd
ingezette onderdelen zoals IC's, diodes en elco's. Let ook beslist op de kleurringen van de
weerstanden, omdat sommige weerstanden kleurringen hebben die makkelijk verwisseld
kunnen worden.
Let ook op de waarden van de condensatoren, bijv. n 10 = 100 pF (niet 10 nF). Daartegen
helpt dubbel en driedubbel checken. Let er ook op dat alle IC-pootjes er daadwerkelijk in de
fitting steken. Het gebeurt heel gemakkelijk, dat er bij het insteken een pin omgebogen
wordt. Een klein beetje drukken, en de IC moet bijna vanzelf in de fitting springen. Als dat
niet gebeurt, is er zeer waarschijnlijk een pin verbogen.
Als hier alles klopt, dan moet u als volgende eventueel de schuld zoeken bij en koude
soldeerplek. Deze onaangename begeleiders van het knutselaarleven treden op, als de
soldeerplek niet goed verwarmd wordt, zodat het tin geen goed contact heeft met de draden,
of als men bij het afkoelen de verbinding precies op het moment van het verstarren bewogen
heeft. Dergelijke fouten kunt u meestal herkennen aan het matte uiterlijk van het oppervlak
van de soldeerplek. De enige oplossing is de soldeerplek nogmaals na te solderen.
7