1. Stappenplan van de installatie
Hieronder staan de belangrijkste stappen van de installatie beschreven.
Voer deze stappen uit en vink deze af als deze goed zijn uitgevoerd.
Lees de installatiehandleiding volledig, voordat het toestel wordt geïnstalleerd.
3
Controleer of het juiste type toestel geleverd is (zie Tabel 4-1).
Controleer de juiste gassoort en gasdruk op de locatie waar het toestel geplaatst wordt.
Controleer de aanwezigheid van de meegeleverde onderdelen (zie Tabel 6-1).
Controleer het toestel op beschadigingen.
Zorg ervoor dat de totale installatie aan de geldende nationale, lokale en bouwkundige voorschriften voldoet.
Zorg ervoor dat er sprake is van een altijd bereikbare gaskraan die voldoet aan de wettelijke voorschriften.
Zorg ervoor dat de plaatsing voldoet aan de geldende eisen inzake brandveiligheid.
Zorg ervoor dat de configuratie van het concentrisch systeem met dak- of geveldoorvoer conform de gestelde
eisen is (zie paragraaf 7.3).
Zorg ervoor dat de boezem aan de eisen van brandveiligheid voldoet.
(zie paragraaf 7.4).
Zorg dat de boezem aan de minimum afmetingen voldoet
(zie paragraaf 7.4).
Zorg ervoor dat de ventilatie van de boezem voldoet (zie paragraaf 7.4).
Zorg ervoor dat het bedieningsluik met gasregelblok correct geplaatst wordt (zie paragraaf 7.5).
Zorg ervoor dat de restrictieschuif en luchtinlaatgeleiders correct afgesteld zijn (zie paragraaf 8.2).
Zorg voor een correct geplaatste houtset, kiezelset of gebroken glasset met toebehoren
(zie paragraaf 8.3).
Zorg ervoor dat de afstandsbediening gebruiksklaar wordt gemaakt (zie paragraaf 9.4).
Controleer alle gasaansluitingen op gasdichtheid (zie paragraaf 10.1).
Zorg dat het toestel de eerste keer zonder ruit ontstoken wordt (zie paragraaf 10.3.1).
Zorg voor een gereinigde ruit volgens voorschrift voordat de sfeerhaard de eerste keer met ruit ontstoken wordt
(zie hoofdstuk 12).
Controleer het toestel met geïnstalleerde ruit op het juist ontsteken en op de juiste vlamoverloop van de
hoofdbrander(s) bij eerste keer ontsteken (zie paragraaf 10.3.2).
Maak de gebruiker bekend met het toestel (zie hoofdstuk 11).
Het toestel is nu (na de voorgaande stappen) klaar voor gebruik en de consument is bekend met de mogelijkheden hoe
het toestel gebruikt dient te worden.
Inst allat iehand leid ing
4