Het beeld bijstellen
d
Druk op de knoppen
de naam te selecteren waaronder u de
instellingen wilt opslaan en druk
vervolgens op de knop
selectie te bevestigen.
De huidige projectorinstellingen worden
opgeslagen in het geheugen.
Als het teken links van de naam van het
geheugen aquakleurig is, betekent dit dat
er al gegevens onder die naam
geregistreerd staan. Wanneer u een
geheugenpositie met opgeslagen
instellingen selecteert, verschijnt een
bericht waarin u wordt gevraagd of u het
geheugen wilt overschrijven. Als u Ja
selecteert, wordt de reeds aanwezige
inhoud gewist en komen de nieuwe
instellingen in de plaats daarvan.
Ophalen uit geheugen
a
Druk op de knop
Het scherm Ophalen uit geheugen wordt weergegeven.
b
Selecteer de naam waaronder de gewenste instellingen zijn opgeslagen.
c
•
Aan de rechterkant wordt de kleurmodus weergegeven die in het geheugen is opgeslagen.
•
Afhankelijk van het ingangssignaal wordt een deel van de geladen instellingen mogelijk niet
toegepast op het geprojecteerde beeld.
•
Opgeslagen instellingen voor 2D-beelden kunnen alleen worden geladen wanneer u
projecteert in 2D. Opgeslagen instellingen voor 3D-beelden kunnen alleen worden geladen
wanneer u projecteert in 3D.
In het geheugen opgeslagen instellingen verwijderen
a
Druk op de knop
Het scherm Geheugen wissen wordt weergegeven.
om
om de
en selecteer vervolgens Ophalen uit geheugen.
en selecteer vervolgens Geheugen wissen.
46