Journal. Een Microsoft Windows-toepassing die op elektronische manier een normaal logboek simuleert,
maar gecombineerd met de voordelen van het digitaal maken van aantekeningen. U kunt bijvoorbeeld
snelle schetsen en handgeschreven notities maken die in tekst omgezet kunnen worden en vervolgens
aan collega's doorgestuurd worden voor digitale markering. Journal bezit een scala aan pen- en
markeergereedschap, inclusief een gum die gemakkelijk wordt geactiveerd via de gumpunt van de
Wacom-pen. Bovendien kunt u in Journal zoeken naar handgeschreven tekst.
Kantelgevoelig. De punt en de gum van de pen registreren de hoek tussen het apparaat en de tablet.
Deze eigenschap dient om natuurlijk ogende pennen-, penseel- en gumstreken na te bootsen in
drukgevoelige toepassingen.
Klikdruk. De hoeveelheid druk die u op de penpunt moet uitoefenen om te klikken.
Knijpen. Een beweging die u gebruikt bij het
iets uit elkaar geplaatst. Blijf het oppervlak aanraken en beweeg ('knijp') uw vingers naar elkaar toe.
Led. Light-Emitting Diode (licht-emitterende diode). Wordt gebruikt als indicatielampje(s) voor de tablet.
Modificatietoets. De modificatietoetsen zijn S
en O
voor Mac. U kunt met de knoppen op uw Intuos Pro-invoerapparaten of de ExpressKeys
PTION
modificatietoetsen simuleren.
Muismodus. Een manier of modus om de schermcursor te positioneren. Wanneer u een Intuos Pro-
apparaat op de tablet plaatst, kunt u het verplaatsen met een 'vastnemen en verschuiven'-beweging,
net zoals bij een traditionele muis.
Dit wordt aangeduid als relatieve positionering en is de standaardinstelling voor de optionele muis.
Zie ook Penmodus.
Muissnelheid. Een instelling om de snelheid aan te passen waarmee de schermcursor zich verplaatst
wanneer u in de muismodus werkt.
Muisversnelling. Een instelling waarmee u de versnelling van de schermcursor kunt aanpassen wanneer
u in de muismodus werkt.
Nabijheid. De hoogte boven het
Zie ook
de zijschakelaar
Pairing. Het tot stand brengen van een virtuele koppeling tussen twee apparaten.
Pannen. Een beweging die u gebruikt bij het
met uw vingers aan en beweeg ze in dezelfde richting.
Peninvoer. Een methode om uw computer te bedienen met de pen op uw Intuos Pro-tablet.
Penmodus. Een methode voor peninvoer om de schermcursor te positioneren. Wanneer u het Intuos
Pro-apparaat op de tablet plaatst, springt de schermcursor naar het overeenkomstige punt op het
scherm. Dit wordt aangeduid als absolute positionering en het is de standaardinstelling voor alle Intuos
Pro-invoerapparaten. In de penmodus kunt u de schermcursor snel op het scherm plaatsen zonder dat
u de cursor eerst moet zoeken en naar de gewenste plek hoeft te brengen. Zie ook Muismodus.
Penpunt. De vervangbare penpunt.
Pixel. De kleinste maateenheid op uw beeldscherm.
Scherm wisselen. Een Intuos Pro-functie waarmee u uw tablet voor alle beeldschermen tegelijk of voor
elk beeldscherm afzonderlijk kunt gebruiken. Uitsluitend beschikbaar voor meerdere beeldschermen.
Zie
Werken met Scherm
Schermcursor. De aanwijspijl op het weergavescherm. Schermcursors kunnen verschillende vormen
aannemen (bijvoorbeeld die van een I-cursor, pijl, vierkant), afhankelijk van de gebruikte toepassing.
Scrollwieltje. Het draaiwieltje op de optionele Intuos Pro-Airbrush.
Inhoudsopgave
Index
Inhoud
Index
navigeren met
HIFT
actieve gebied
gebruiken.
navigeren met
wisselen.
Inhoudsopgave
Index
aanraking. Raak uw tablet aan met twee vingers
, A
en C
voor Windows, en S
LT
TRL
van de tablet waarbinnen de pen wordt waargenomen.
aanraking. Raak het oppervlak van uw tablet
94
94
, C
, C
HIFT
TRL
OMMAND
94