Een diagnose stellen over de camera
Als de camera niet correct functioneert, kunt u een diagnosetest uitvoeren om vast
te stellen of een probleem is opgetreden met de hoofdcamera, camera aan de
voorzijde, flitser of cameratoets.
Een diagnostische test van de camera uitvoeren
1
Zorg dat u verbonden bent met het internet. Tik op
terwijl u de camera gebruikt.
2
Tik op
(pictogram Inleiding tot de functies) > Help.
3
Selecteer een categorie en volg de instructies op het scherm.
Extra camera-instellingen
Geotaggen
U kunt bij foto's en video's de locatie opslaan waarop ze zijn genomen. Dit heet
geotaggen. De optie om foto's en video's te geotaggen vereist een draadloos
netwerk en dat de GPS-functie is ingeschakeld.
Geotags inschakelen
1
Tik op
(pictogram Instellingen) terwijl u de camera gebruikt.
2
Tik op de schakelaar Locatie opslaan om in te schakelen. De instelling wordt
opgeslagen.
Statuspictogrammen van geotags
(pictogram GPS vastgesteld)
De geografische positie is opgeslagen.
(pictogram GPS niet gevonden)
De geografische positie is niet gevonden.
Rasterlijnen
Met Rasterlijnen kunt u de "Regel van derden" toepassen en belangrijke
onderwerpen langs de rasterlijnen of de snijpunten daarvan plaatsen. Door het
onderwerp niet altijd in het midden van het beeld te plaatsen, maakt u uw foto's
en video's nog interessanter.
De rasterlijnen activeren of deactiveren
1
Tik op
(pictogram Instellingen) terwijl u de camera gebruikt.
2
Tik op de schakelaar Rasterlijnen om in of uit te schakelen. De instelling wordt
opgeslagen.
Voorbeeldinstellingen voor foto's
U kunt een voorbeeld van foto's weergeven vlak nadat ze zijn gemaakt.
Voorbeelden activeren of deactiveren
1
Tik op
(pictogram Instellingen) terwijl u de camera gebruikt.
2
Tik op Automatisch fotovoorbeeld en selecteer een optie. De instelling wordt
opgeslagen.
96
Internetversie. Uitsluitend voor persoonlijk gebruik.
(pictogram Instellingen)