Mogelijke storingen
Fout alarm
Alarm stroomuitval
Alarm afvoerpomp
Alarm te lang
ontdooien
Alarm capacitieve
sensor
Alarm reiniging
condensor
Alarm omgekeerde
sonde van de
verdamper -
sediment
Alarm IR-sonde
104304
Apparaatstatus
Het apparaat stopt
Verstopte afvoeruitlaat
Beschadigde
waterafvoerpomp
Het ontdooien duurt te
lang
Het apparaat werkt
verder
Het apparaat stopt
Het apparaat stopt, de
IR-sonde is beschadigd
Verwijdering
De elektrische aansluitingen en
de voeding controleren
Het noodsignaal uitschakelen:
– één keer de bedieningsknop
aanraken om de zoemer uit te
zetten
– een tweede keer de
bedieningsknop aanraken om
het signaal te verwijderen,
wanneer we ons in de eerste
minuut bevinden,
– de bedieningsknop enkel een
tweede keer aanraken, als de
minuut al is verstreken
Het apparaat controleren op
verstopping van de afvoer
Vervang de waterafvoerpomp
Het peil van de koelvloeistof
controleren
De stroomtoevoer controleren
Het luchtfilter en de condensor
reinigen
De bedrading op de sensorprint
controleren, indien nodig de
sensorprint vervangen.
De aansluiting van de sonde op
de printplaat controleren
Een beschadigde sonde
vervangen
NL
23 / 30